Aanvaarde – Jonge vrouw in opleiding tot Aes Sedai die een zekere beheersing in het geleiden van de Ene Kracht heeft ontwikkeld en gedeeltelijk zelf mag bepalen waT ze leert. Na haar verheffing tot Aes Sedai wordt zij opgenomen in een Ajah en mag zij de stola met de Ajah-kleur dragen.
Ablar, Logain – Geldaanse geleider (geboren in 972 NE) die ooit beweerde de Herrezen Draak te zijn. Door hem braken in Geldan, Altara en Morland oorlogen uit. Hij werd gestild en was een gevangene van de Witte Toren, maar ontsnapte tijdens de opstand tegen Siuan Sanche. Met Siuan, Leane en Min trok hij naar Salidar, waar Nynaeve zijn gestilde gave heelde. Deze ontdekking bewees dat stillen niet permanent hoeft te zijn. Logain ontsnapte vervolgens en trok naar de Zwarte Toren. Hij heeft diverse Aes Sedai gebonden. Zie: Valse Draak, Stillen.
A’dam – Voorwerp dat een geleidster tegen haar wil knecht. Alleen bruikbaar voor een vrouw die kan geleiden of dat kan leren, nutteloos voor andere vrouwen. De Seanchaanse versie bestaat uit een hals- en een armband, verbonden door een ketting, alle gemaakt van een zilverachtig metaal. Het aanraken van een a’dam die gedragen wordt door een geleidster, doet een geleider veel pijn. Zie ook: Damane.
Aes Sedai – In de Oude Spraak: Dienaren van Allen. Geleiders van de Ene Kracht. In een ver verleden zowel mannen als vrouwen, tegenwoordig alleen vrouwen. In veel landen gevreesd, maar ook wijd en zijd geëerd. Velen wijten het Breken van de Wereld aan hen, en verdenken hen van inmenging in landsaangelegenheden. Na enkele jaren geleiden krijgen ze een leeftijdloos uiterlijk, waardoor hun leeftijd moeilijk te bepalen is. Er zijn naar schatting ongeveer 900 Aes Sedai, waarvan 294 in de Toren onder Elaida. Een iets kleiner aantal volgt Egwene. Zie ook: Ajah, Amyrlin Zetel, Geleiden, Talenten, Tar Valon, Ware Bron.
Aiel – Afstammelingen van de Da’shain Aiel, dienaren van de Draak in de Eeuw der Legenden. Deze Da’shain volgden allen de geweldloze Weg van het Blad. De voorouders van de Aiel braken deze eed in de Tijd van Waanzin, toen hun volk werd uitgemoord door bandieten. In de loop der tijd ontwikkelden de Aiel zich tot dodelijke krijgers op elk wapen behalve het zwaard, dat ze nooit aanraken. Uiteindelijk vestigden zij zich in de Woestenij en vergaten hun verleden, op de Wijzen en stamhoofden na. De onthulling van dit geheim bevestigde dat Rhand Altor de voorspelde leider is, maar leidde ook tot een bittere broedertwist. Zie ook: Aielstammen, Grauwheid, Mera’din, Shaido, Sibbe.
Aieloorlog (976-978 NE) – Toen koning Laman van Cairhien Avendoraldera omhakte, trokken vier Aielstammen over de Rug van de Wereld. Ze plunderden Cairhien, waarna de strijd zich uitbreidde naar Andor en Tyr. Volgens de overlevering werden de Aiel bij Tar Valon volkomen verslagen, maar in feite sneuvelde Laman in deze Slag bij de Glanzende Muren. Toen dit bereikt was, staakten de Aiel de strijd en keerden ze terug naar de Woestenij.
Aielse krijgsgenootschappen – Elke Aielkrijger maakt deel uit van een krijgsgenootschap met eigen gebruiken en taken. Het zijn: Aethaii Dor (Roodschilden), Cor Darei (Nachtsperen), Duadhe Mahdi’in (Waterzoekers), Far Aldazar Din (Broeders van de Adelaar), Far Dareis Mai (Maagden van de Speer), Hama N’dore (Bergdansers), Rahien Sorei (Dageraadlopers), Seta Doon (Zwartogen), Shae’en M’taal (Steenhonden), Sha’mad Conde (Donderlopers), Sovin Nai (Meshanden) en Tain Shari (Zuiverbloedigen). Leden van een krijgsgenootschap vechten niet onderling, zelfs niet als er een bloedvete tussen hun stammen is.
Aielstammen – Dit zijn de Chareen, Codarra, Darvne, Goshien, Miagoma, Nakai, Reyn, Shaarad, Shaido, Shiande, Taardad en Tomanelle. Ze zijn verdeeld in sibben. Zowel stammen als sibben hebben een hoofd.
Aielwoestenij – Bar, vrijwel waterloos land ten oosten van de Rug van de Wereld. De Aiel spreken van het Drievoudige Land.
Ajah – Een van de zeven orden waartoe alle Aes Sedai behalve de Amyrlin behoren. De Blauwe, Bruine, Gele, Groene, Grijze, Rode en Witte Ajah hebben elk een eigen filosofie over het gebruik en doel van de Ene Kracht. Inmiddels is het bestaan van een Zwarte Ajah aangetoond, een orde die de Duistere dient. Desondanks weigeren veel zusters dat te geloven en ontkent de Toren het bestaan ervan. Zie: Aes Sedai, Amyrlin Zetel, Tar Valon.
Aldorwin, Lacile – Cairhiense edelvrouwe die ji’e’toh wil volgen en met Faile naar Geldan is getrokken.
Algai’d’siswai – In de Oude Spraak: Vechters van de Speer. De titel van Aiel die de speer dragen en regelmatig deelnemen aan de strijd, in tegenstelling tot de ambachtslieden.
Alivia – Gevangengenomen Seanchaanse damane die door Rhand is overgedragen aan Elayne. De Kinsvrouwen hebben haar onder hun hoede genomen. Haar vermogen is groter dan dat van Nynaeve.
Alkaese, Zareya – Ware naam van de Kinsvrouw Garenia Rosoinde, die zeventig jaar geleden als Novice uit de Witte Toren gevlucht is. Draagt sinds dit is uitgekomen weer Novicewit. Een zeer sterke geleidster.
Almaeren, Nynaeve – Voormalige Wijsheid van Emondsveld, een Aes Sedai van de Gele Ajah. Een koppige, wilskrachtige jonge vrouw die moeilijk te overtuigen is. De sterkste wilder in eeuwen, hoewel ze haar blokkering tegen geleiden alleen kon doorbreken als ze razend werd. Wist desondanks Moghedien tweemaal te verslaan. Heling is haar Talent; in Salidar wist ze de gestilde Logain te helen. Ook de gesuste Siuan en Leane konden na haar Heling weer geleiden, hoewel ze minder sterk waren dan voorheen. Egwene heeft haar naar Ebo Dar gezonden, waar ze haar blokkering voorgoed doorbrak en Lan huwde. Is met diverse zusters, de Kinne, de windvindsters en Elayne naar Caemlin gekomen. Zie: Mandragoran, Lan.
Altara – Intern verdeelde natie aan de Zee der Stormen, tussen Illian en Amadicia, nu veroverd door de Seanchanen. De hoofdstad Ebo Dar beheerst de handel op de Eldar en is een uitvalspunt naar Illian en Morland. Het vaandel van Altara toont twee gouden luipaarden op een geblokt veld in rood en blauw. Zie ook: Ebo Dar, Wijzevrouw.
Altor, Rhand – Jongeman uit Emondsveld in Tweewater, die ta’veren is en een geleider. Hij is de Herrezen Draak, de verlosser die de Laatste Slag tegen de Duistere moet strijden. Tyr en Cairhien hebben zich aan hem onderworpen en hij heeft de stad Caemlin veroverd op Rahvin. Illian heeft hem tot koning gekroond en Aes Sedai hebben hem trouw gezworen. De Aielse Wijzen hebben hem erkend als de Car’a’carn, die hun volk volgens de voorspellingen zal verenigen, breken en een klein restant zal redden. Gezanten van het Zeevolk hebben verklaard dat hij de Coramoor uit hun Jendai-voorspelling is. Toch heeft hij ook veel tegenstanders. Ba’alzamon bezorgde hem een onheelbare wond in zijn zij. Aes Sedai van de Witte Toren hebben hem ontvoerd en tot aan zijn bevrijding bij Dumaisbron gemarteld. Met de dolk uit Shadar Logoth wist Padan Fajin hem even zwaar te verwonden als Ba’alzamon. Afvallige Asha’man hebben een aanslag op hem gepleegd. Tot hij hen in de val heeft gelokt, houdt hij zich schuil.
Alveren, Egwene – Jongste dochter van de dorpsmeester van Emondsveld, die na haar aankomst in de Witte Toren ongekend snel tot Aanvaarde werd verheven. Zij is een Droomster en trok met Rhand en Moiraine naar de Aiel om onderwezen te worden door hun droomloopsters. Naar Salidar geroepen door Aes Sedai die zich verzetten tegen de valse Amyrlin Elaida, werd ze daar verheven tot Amyrlin in Ballingschap. Haar ervaringen met Altor, de Seanchanen, de Aiel, de Zwarte Ajah en de Verzakers maken Egwene beter toegerust voor dat ambt dan de meesten beseffen. Inmiddels leidt zij haar Aes Sedai ten oorlog tegen Elaida, daarbij onder andere geholpen door Garet Brin. Diverse kampen in de Zaal van de Toren werken haar tegen, maar ze heeft Theodrin, Faolain, Mijrelle, Nisao, Anaiya, Carlinya, Beonin en Sheriam gedwongen haar persoonlijk trouw te zweren. De eerste twee zijn nu haar verspieders bij Romanda en Lelaine. Wat ze niet weet is dat haar vertrouweling Halima in feite de Verzaker Aran’gar is. Zie ook: Amyrlin Zetel, Droomster, Talenten.
Amadicia – Natie ten zuiden van de Ylistbergen in het stroomgebied van de Sharia. De hoofdstad Amador ligt aan de handelsroute tussen de oostelijke naties en Tarabon aan de Arythische Oceaan. Het was de zetel van de Kinderen van het Licht, wier Kapiteinheer-gebieder meer macht had dan de koning. Inmiddels veroverd door de Seanchanen.
Ambrev, Merana – Andoraanse Aes Sedai van de Grijze Ajah. Leidde het gezantschap dat namens de opstandige Aes Sedai met de Herrezen Draak moest onderhandelen, maar hem trouw heeft gezworen. Heeft samen met Rafela namens Altor onderhandeld met de gezant van het Zeevolk en de Overeenkomst gesloten.
Amyrlin Zetel – Titel van de hoogste Aes Sedai, de evenknie van koningen en koninginnen. Vaak afgekort tot Amyrlin. Wordt voor het leven gekozen door de Zaal van de Toren, de belangrijkste raad van de Aes Sedai. Men zegt dat haar macht vrijwel onbeperkt is, maar in de praktijk moet ze rekening houden met standpunten van de Ajahs. Siuan Sanche werden staf en stola ontnomen tijdens de opstand onder leiding van Elaida. Zij werd in 992 NE tot Amyrlin verheven. In hetzelfde jaar verhieven opstandelingen Egwene Alveren tot Amyrlin Zetel van de Toren in Ballingschap.
Amys – Droomloopster en een van de invloedrijkste Wijzen van de Aiel. Vrouw van Rhuarc en zustermoeder van Aviendha.
Anan, Jasfer – Man van Setalle, de herbergierster van De Zwerfster in Ebo Dar. Hij bezit een aantal vissersboten.
Anath – Soe’feia van hoogvrouwe Tuon, de tweede dochter van de keizerin van Seanchan. Zie ook: Soe’feia.
Andor – Grootste natie van de oude wereld. Onafhankelijk sinds de dood van Artur Haviksvleugel. In dit rijk ligt de streek Tweewater, die naar men zegt in opstand is. De hoofdstad Caemlin is in handen van Elayne, de erfdochter en Hoogzetel van Huis Trakand. Haar aanspraak op de Leeuwentroon wordt betwist door vele edelen. Sinds haar voorspelling dat Andor een cruciale rol zou spelen in de Laatste Strijd, heeft het rijk de aandacht van Elaida. Zie: A’Roihan, Trakand.
Angreaal – Uiterst zeldzaam voorwerp uit de Eeuw der Legenden waarmee iemand die uit de Ware Bron kan putten, meer van de Ene Kracht kan geleiden. Er zijn mannelijke en vrouwelijke varianten. Geruchten over angrealen die door mannen én vrouwen gebruikt kunnen worden, zijn nooit bevestigd. Hoe ze gemaakt werden is niet meer bekend. Zie: Sa’angreaal, Ter’angreaal.
Arad Doman – Natie aan de Arythische Oceaan, nu verscheurd door oorlogsgeweld. Bekend om zijn (meest vrouwelijke) kooplui. Het gezegde ‘een man met een Domani laten handelen’ duidt op het begaan van een blunder. Domani-vrouwen zijn beroemd – en berucht – om hun schoonheid, verleidingskunst en wulpse kledij. De hoofdstad is Bandar Eban.
Arawn, Naean – Andoraanse edelvrouwe en Hoogzetel van haar Huis. Maakt aanspraak op de Leeuwentroon.
a’Roihan, Elaida do Avriny – Amyrlin Zetel, verheven uit de Rode Ajah. Ooit als raadsvrouwe van de Andoraanse koningin belast met de opvoeding van Elayne en Gawein. Voorspellen is haar Talent. In 999 NE leidde zij de opstand tegen Siuan Sanche. Sindsdien heerst zij met harde hand over de Aes Sedai in de Toren. Ondanks expliciete oproepen blijven de resterende Aes Sedai weg uit Tar Valon, zodat ze haar niet hoeven erkennen. Er is zelfs een groep die zich openlijk verzet; deze rebellen verzamelden zich in Salidar en kozen Egwene Alveren tot Amyrlin. Hoewel dit alles Elaida woest maakt, is ze er door een voorspelling van overtuigd dat zij uiteindelijk zal zegevieren.
Asan’gar – Mannelijke Verzaker die door de Duistere is teruggehaald uit het graf. Hoewel hij nu het lichaam van een vrouw heeft, is zijn vermogen om saidin te geleiden intact. Doet zich bij de Aes Sedai van Salidar voor als Halima Saranov, schrijfster van de Gezetene Delana Mosalaine.
Asha’man – In de Oude Spraak: Bewaker of Verdediger, altijd van waarheid en recht, een wachter die nooit opgeeft. De titel van de mannen die naar de Zwarte Toren bij Caemlin zijn gekomen om te leren geleiden. Anders dan Aes Sedai worden Asha’man in hun leertijd zwaar onder druk gezet. Hun lessen zijn gericht op het gebruik van de Kracht als wapen. Zodra ze kunnen geleiden, moeten ze al hun taken met saidin uitvoeren. Nieuwkomers beginnen als Soldaat; ze dragen een eenvoudige zwarte mantel met een hoge kraag. Na de verheffing tot Toegewijde mogen zij een zilveren zwaard op de kraag dragen. De hoogste rang, Asha’man, draagt op de kraag een roodgouden draak tegenover het zwaard. De mannen van de Zwarte Toren werden voor het eerst als wapens ingezet bij Dumaisbron. Hoewel veel vrouwen vluchten als ze merken dat hun man kan geleiden, zijn er toch gehuwde mannen in de Zwarte Toren. Zij gebruiken een eigen variant op de zwaardhandbinding om een band met hun vrouw aan te gaan. Deze binding, veranderd om gehoorzaamheid af te dwingen, is recentelijk ook gebruikt om gevangen Aes Sedai te binden. Zie: Geleiden, Saidin, Stillen, Sussen.
Ashandarei – Wapen dat Mart van de Aelfinn kreeg nadat hij door de ter’angreaal in Rhuidean gegaan was. Het wapen, een lange speer met een scherpe kromme kling, is geheel zwart, en zowel op het metaal als op de stok zijn raven afgebeeld.
Atha’an Miere – In de Oude Spraak: Volk van de Zee. Zie: Zeevolk.
Avendoraldera – Boom in de stad Cairhien die groeide uit een loot van Avendesora, de Levensboom, in 566 NE geschonken door de Aiel. Omgehakt door koning Laman, om van het hout een troon te maken. Zie: Aieloorlog.
Aviendha – Ooit een Speervrouwe van de Bitrerwatersibbe van de Taardad Aiel. Inmiddels een geleidster die voor Wijze leert. Ze koestert Rhands ivoren armband met rozen en doorns. Ze vergezelt haar eerstezuster Elayne – wiens liefde voor Rhand ze deelt.
Aybara, Perijn – Ooit een stille en bedachtzame smidsleerling. Ontvluchtte Tweewater met Rhand, Mart en Egwene, achtervolgd door dienaren van de Duistere. Na zijn terugkeer bevrijdde hij de streek van Duistergebroed en Witmantels. Voor de slag om Emondsveld huwde hij Faile Bashere. Sindsdien noemt men hem heer, en Guldenoog, vanwege de gele ogen die duiden op zijn band met de wolven. Om Rhand te ontzetten leidde hij Emondsvelders, Aiel, Cairhienin en Mayeners in de Slag bij Dumaisbron. Rhand heeft hem, Faile en Berelain naar Geldan gezonden om de Profeet te stoppen. Zijn banier is een wolvenkop, al voeren zijn mannen ook de oude banier van Manetheren.
Balwer, Sebban – Ooit de schrijver van Pedron Nial, de kapiteinheer-gebieder van de Witmantels. Leidde in feite Nials verspieders. Hielp toen de Seanchanen Amador innamen Morgase naar Geldan te vluchten. Is inmiddels in dienst van Perijn en Faile.
Baradon, Teslyn – Aes Sedai van de Rode Ajah uit Illian. Ze was lid van de raad van Elaida, die haar als straf voor haar verzet naar Ebo Dar stuurde. Toen de Seanchanen de stad innamen werd zij damane gemaakt en kreeg ze de naam Tessi.
Barsalla, Aleis – Eerste Raadsvrouwe van Far Madding. Lid van een oud geslacht dat al in de handel en politiek zat toen de stad nog Fel Moreina heette.
Bashere, Davram – Voluit: Davram t’Ghaline Bashere, heer van Bashere, Tair en Sidona, Wachter aan de Verwordingsgrens, Verdediger van het Hartland, krijgsmaarschalk van koningin Tenobia van Saldea. Gehuwd met Deira, vader van Faile. Joeg met 9000 ruiters achter Mazrim Taim aan naar Caemlin, waar hij zich aansloot bij de Herrezen Draak en met Mart Cauton het Legioen van de Draak stichtte.
Bashere, Zarine – Jonge vrouw uit Saldea die de naam Faile aannam, in de Oude Spraak: Valk. Zij zocht de Hoorn van Valere, maar vond Perijn Aybara. Zij huwden vlak voor de slag om Emondsveld, waarin zij zich beiden onderscheidden. Sindsdien doet ze haar uiterste best om haar man en zijn mensen te laten wennen aan hun status van edele en leenman. Ze is uitermate jaloers en heeft een afkeer van Berelain. Toen Perijn naar Caemlin en Cairhien trok omdat hij voelde dat Rhand hem nodig had, bleef zij niet achter. In Cairhien nam zij een groep edelen onder haar hoede die zich aan ji’e’toh wilde wijden. Met Perijn reisde ze naar Geldan om de Profeet te stoppen. Daar liet ze koningin Alliandre trouw zweren aan Perijn. Zij en haar gevolg zijn overvallen door de Shaido en gevangengenomen.
Beestenspul – Zwervend gezelschap van mensen en dieren die kunsten vertonen.
Bestendiging – Voluit: Oorlogen van Bestendiging. Toen de legers van Haviksvleugel onder leiding van Luthair Paendrag Mondwin in Seanchan landden, ontdekten zij talloze veelal door Aes Sedai geleide naties die voortdurend oorlog voerden. Soms sloten Aes Sedai zich aaneen tot elkaar bestrijdende groepjes. Hun twisten gaven de legers van Haviksvleugel de gelegenheid om het hele werelddeel te veroveren, al duurde dit generaties. De ruim negenhonderd jaar durende strijd wordt aangeduid als de Bestendiging.
Bhode, Falion – Aes Sedai van de Zwarte Ajah, die met Liandrin de Witte Toren ontvluchtte. Door de Verzakers zwaar gestraft na de mislukkingen in Falme en in Ebo Dar.
Bihara, Nesune – Kandoraanse Aes Sedai van de Bruine Ajah. Lid van het Toren-gezantschap dat Rhand Altor ontvoerde. Gevangengenomen bij Dumaisbron en leerling van de Wijzen gemaakt. Heeft inmiddels Rhand trouw gezworen.
Blauwe Ajah – Aes Sedai-orde, gewijd aan het handhaven van recht en gerechtigheid. Blauwe zusters zijn vaak goede klerken en zeer bedreven in het leiden van heersers en machtigen.
Bloed – De Seanchaanse adel is ‘van het Bloed’, waarmee het bloed van de nazaten van Artur Haviksvleugel wordt bedoeld. Ook mensen met uitzonderlijke verdiensten voor het rijk kunnen tot het Bloed verheven worden. Zij scheren beide zijden van het hoofd kaal, waardoor een kam haar in het midden overblijft, dat in de nek vrij lang kan worden gedragen. Leden van de keizerlijke familie scheren de voorzijde van het hoofd kaal. Lange, gelakte nagels zijn eveneens een uiterlijk kenmerk van het Bloed. Hoe langer de nagel, hoe hoger het aanzien. Edelen laten ten minste hun pinknagels lang, terwijl de hoogsten ook zulke ringvingers hebben. Leden van de keizerlijke familie hebben drie lange nagels (pink, ring- en middelvinger). De lakkleur duidt stamboom of stand aan.
Bond van de Rode Hand – Gedurende de Trollok-oorlogen een legendarische groep helden (Shen al Calhar) waarvan de laatste sneuvelde tijdens de Slag bij Emondsveld. Mart heeft de Bond bijna per ongeluk heropgericht en is uitgegaan van de krijgsre-gels uit de tijd van Haviksvleugel, toen de legers het grootst en best georganiseerd waren. In opdracht van Mart heeft de Bond, zo’n tienduizend man sterk, enige maanden het leger van de opstandige Aes Sedai geschaduwd. Egwene gebruikte deze ‘dreiging’ om haar zusters bijeen te houden. Toen de Aes Sedai door Reizen wegtrokken, werd de Bond in Morland ingehuurd door koning Roedran, die zegt het leger nodig te hebben om zijn rijk te verenigen.
Boomdoders – Aielnaam voor Cairhienin, net als Eedbrekers. Onder de Aiel gelden deze termen als de ergst denkbare beledigingen.
Boroleus, Erian – Aes Sedai van de Groene Ajah, uit Illian. Lid van het Toren-gezantschap dat Rhand Altor ontvoerde. Martelde Rhand dagelijks sinds hij bij een ontsnappingspoging twee van haar zwaardhanden doodde. Haar overlevende zwaardhanden zijn Rashan en Bartol. Bij Dumaisbron gevangengenomen en nu een leerling van de Wijzen. Heeft Rhand inmiddels trouw gezworen.
Breemwoud – Gebied van wouden en bossen ten noorden van Caemlin.
Brin, Garet – Voormalig kapitein-generaal van de Andoraanse koninginnegarde, die nu het leger aanvoert van de Aes Sedai die zich verzetten tegen Elaida. Wordt beschouwd als een van de grootste levende krijgsheren. Zijn relatie met Siuan Sanche bezorgt hem bijna evenveel hoofdbrekens als haar.
Broederlozen – Zie: Mera’din. Bruine Ajah – Aes Sedai-orde die zich wijdt aan de speurtocht naar kennis. In tegenstelling tot Roden en Blauwen worden de Bruinen geleid door een raad. Onder de Aes Sedai zijn zij verantwoordelijk voor het bewaren en bestuderen van geschriften.
Cadin’sor – In de Oude Spraak: Werkkleding. Dracht van Aielkrijgers; een jas en halflange broek in bruin- en grijstinten die opgaan in rotsen en schaduwen. Sinds het oversteken van de Drakenmuur zijn er groentinten aan toegevoegd om beter op te gaan in het landschap. Er worden zachte, kniehoge laarzen bij gedragen.
Caemlin – Hoofdstad van Andor. Verdeeld in een Buitenstad en een door de Ogier aangelegde Binnenstad, waar zich ook het koninklijk paleis bevindt. Rhand ontmoette er de erfdochter Elayne en haar broer Gawein. Sinds de verdwijning van Morgase en de strijd met Rahvin verbleef Rhand regelmatig in dit paleis, waar de troon leegstaat, tot Elayne zich tot koningin uitroept. Momenteel geniet zij daarvoor nog onvoldoende steun.
Cairhien – Zowel een natie langs de Rug van de Wereld als de hoofdstad ervan. De stad werd tijdens de Aieloorlog (976-978 NE) geplunderd en platgebrand, zoals zovele steden en dorpen. De oorlog dreef vele boeren naar de stad, waardoor het land afhankelijk werd van graanimporten. De moord op koning Galdrian (998 NE) resulteerde in een felle opvolgingsstrijd die tot hongersnood leidde. De Shaido-inval (door sommigen de Tweede Aieloorlog genoemd) onderbrak de burgeroorlog, maar de Aiel die Rhand Altor volgden maakten pas een einde aan de strijd. Als gevolg daarvan zwoeren de meeste edelen trouw aan de Herrezen Draak, maar de meesten van hen spelen nog steeds Daes Dae’mar, zoals bleek uit Colavaere Saighans mislukte poging om tijdens Rhands afwezigheid de troon te winnen, wat tot haar eerloze dood leidde. Sinds Rhands terugkeer is het kamp van de opstandelingen uiteengevallen en zijn hun voornaamste aanvoerders te gast in Cairhien. Toram Riatin is echter nog voortvluchtig. De stad wordt bestuurd door Rhands stedehouder, heer Dobraine Taborwin.
Callandor – Zwaard dat geen zwaard is, het Onberoerbare zwaard. Een kristallen wapen dat zich in de Steen van Tyr bevond, een krachtige mannelijke sa’angreaal. Volgens de Voorspellingen van de Draak was het opnemen ervan, met de val van de Steen, een belangrijk teken van de wedergeboorte van de Draak en her naderen van Tarmon Gai’don. Voor zijn vertrek uit Tyr dreef Rhand Altor het wapen in de vloer van het Hart van de Steen. Inmiddels heeft hij het laten ophalen door zijn Asha’man, die bijna bleef in deze opdracht.
Calon Blauwster, Renaile din – Windvindster van de Vrouwe der Schepen van het Zeevolk.
Car’a’carn – In de Oude Spraak: Hoofd der Hoofden. Volgens voorspellingen van de Aiel zou er bij dageraad een man uit Rhuidean komen, getekend door draken op zijn onderarmen. Deze man zou de Aiel over de Drakenmuur leiden. Rhand is die man. De profetie van Rhuidean zegt dat hij hen zal verenigen en vernietigen, op het overblijfsel van een overblijfsel na.
Cauton, Mart (Martrim) – Jonge schelm uit Emondsveld, bevriend met Perijn en Rhand. Hij stal een vervloekte dolk uit Shadar Logoth, wat hem bijna noodlottig werd. Na zijn Heling door Aes Sedai had hij gaten in zijn geheugen en kon hij zich weinig meer herinneren van de tijd met de dolk. Hij vergezelde Rhand naar Tyr, waar hij door een ter’angreaal stapte en drie voorspellingen kreeg: hij zou sterven en opnieuw leven, de Dochter van de Negen Manen huwen en her halve licht van de wereld opgeven om de wereld te redden. In Rhuidean ging hij weer door een ter’angreaal. Dat werd bijna zijn dood, maar hij kreeg het vossenzegel tegen geleiden, dat zijn leven redde tegen de gholam, en een vreemde speer waarop raven zijn afgebeeld. Sindsdien spreekt hij ook de Oude Spraak en zijn de gaten in zijn geheugen gevuld met vele nieuwe herinneringen, vooral aan veldslagen en strijd. Hij is ta’veren en heeft opvallend veel geluk, ook in de strijd. Ervaren bevelhebbers als Rhuarc en heer Bashere roemen zijn tactisch inzicht en hechten grote waarde aan zijn suggesties. Toen hij tijdens de Seanchaanse invasie in Ebo Dar zijn jonge beschermeling Olver probeerde te vinden kreeg hij een ongeluk, waarvan hij langzaam herstelt. Zie: Bond van de Rode Hand.
Ceandevin, Merilille – Grijze zuster die zich in Salidar bevindt. Deze Cairhiense werd als gezant naar Ebo Dar gezonden om de steun van Altara te winnen. Met Elayne en Nynaeve is ze ontsnapt aan de Seanchanen en nu geeft ze de geleidsters van het Zeevolk les.
Cha Faile – In de Oude Spraak: Valkenklauw. Groep jonge Cairhienin en Tyreners die ji’e’toh proberen te volgen en Faile trouw hebben gezworen. In het geheim zijn ze haar persoonlijke verkenners en verspieders.
Clan – Het Zeevolk is verdeeld in clans. Elke clan bezit eigen schepen. Aan het hoofd ervan staat een golfvrouwe, bijgestaan door een wapenmeester.
Coramoor – Letterlijk: Uitverkorene. Heraut van de Nieuwe Eeuw, aangekondigd in de Jendai-voorspelling van het Zeevolk.
Corenne – In de Oude Spraak: Terugkeer. Seanchaans begrip dat de bezettingsmacht van de nazaten van het leger van Haviksvleugel aanduidt: een vloot van duizenden schepen met honderdduizenden soldaten, ambachtslieden en anderen die de Voorlopers zal volgen om het oude rijk op te eisen.
Corlie, Reanne – Oudste van de Kinne, een zwakke geleidster met een sterke wil.
Cuendillar – Zie: Hartsteen.
Dabei, Theodrin – Wilder uit Arad Doman, die Aanvaarde was toen Egwene, Nynaeve en Elayne naar de Witte Toren kwamen. Trok na de val van Siuan Sanche in Salidar, waar Egwene haar tot Aes Sedai verhief. Probeerde Nynaeve te helpen haar blokkering te doorbreken. Heeft Egwene trouw gezworen, maar doet alsof ze Romanda’s kant gekozen heeft. Zie ook: Orande.
Dachen, Nisao – Aes Sedai van de Gele Ajah, vermaard om haar gave ziekten van de geest te helen. Zwoer Egwene trouw toen haar betrokkenheid bij Mijrelles misdaad uitkwam. Haar zwaardhand is Sarin Hoigan.
Da’covale – Betekenis: Iemand die bezeten wordt of Persoon die eigendom is. Term om slaven aan te duiden, door Seanchanen even vaak gebruikt als bezit. Slavernij heeft een lange en opmerkelijke traditie in Seanchan. Slaven hebben de mogelijkheid op te klimmen tot posities van grote macht en aantoonbaar gezag, ook over mensen die vrij zijn. Zie ook: So’jhin.
Daes Dae’mar – In de Oude Spraak: Spel der Huizen of Grote Spel. Het geheel van intriges, complotten en manipulaties van de aanzienlijke geslachten. Hierbij wordt grote aandacht besteed aan subtiliteit, het beogen van het ene terwijl men het andere lijkt na te streven, en het bereiken van doelen met de minst zichtbare inspanning.
Dagar, Masema – Shienaraanse krijger die de Aiel haat. Hij heeft diepliggende, bijna zwarte ogen en is sinds de strijd op de Kop van Toman fanatiek trouw aan de Herrezen Draak. Is in opdracht van Moiraine naar Geldan getrokken, waar hij preekt over de Herrezen Draak en vereerd wordt als de Profeet. Vanwege zijn grote schare volgelingen is zijn macht in Geldan en Amadicia groot.
Damane – In de Oude Spraak: Beteugelde. Seanchaanse term voor een geleidster die wordt beheerst met een a’dam. Vrouwen die kunnen geleiden maar nog niet damane gemaakt zijn, worden marath’damane genoemd. Zie ook: Sul’dam.
Damara, Medore – Dochter van een hoogheer uit Tyr die met enkele jonge Cairhiense edelen de gewoonten van de Aiel heeft overgenomen en probeert ji’e’toh te volgen. Inmiddels in dienst van Faile.
Damodred, Caraline – Cairhiense edelvrouwe die als Hoogzetel van haar Huis aanspraak maakte op de troon. Zij weigerde Rhands gezag als Herrezen Draak te aanvaarden en verzamelde met Toram Riatin een leger opstandelingen in de bossen bij Cairhien. De Tyreense Hoogheer Darlin Sisnera had zich bij hen gevoegd en maakte tegen Torams zin Caraline het hof. Toen Rhand was aangevallen met een dolk uit Shadar Logoth hielpen Caraline en Darlin zijn leven te redden. Omdat hun kamp bij deze aanval verwoest werd, verblijven beiden nu in Cairhien.
Damodred, Moiraine – Aes Sedai van de Blauwe Ajah. In 956 NE geboren in het koninklijk paleis van Cairhien. Verdween in een ter’angreaal in Cairhien, strijdend met Lanfir. Men neemt aan dat geen van beiden dit overleefd heeft. Omdat ze de Herrezen Draak vond en de Verzaker Be’lal doodde, beschouwen vele Aes Sedai haar als een van die bijna mythische zusters die de status hebben van legendarische heldinnen.
Dashiva, Corlan – Geleider van middelbare leeftijd. Zegt van een boerderij in de Zwarte Heuvels te komen, maar heeft een grote hekel aan het buitenleven. Erg onhandig met paarden en zwaarden. Maakt een afwezige indruk en praat veel in zichzelf. Door Rhand bevorderd tot Asha’man. Was een van de Asha’man die een aanslag op Rhand pleegden. Sindsdien voortvluchtig.
Delovinde, Talmanes – Cairhiense edelman, onderbevelhebber van Marts Bond van de Rode Hand.
Delven – Zie: Talenten.
Der’sul’dam – Meester-opleider van damane bij de Seanchanen.
Dievenvanger – Man in Tyr of Mayene die in opdracht en tegen betaling gestolen waar terugvindt en misdadigers vangt.
Dochters van de Stilte – In de geschiedenis van de Witte Toren zijn er weggezonden vrouwen geweest die hun lot niet wilden aanvaarden en probeerden zich te verenigen. Bijna al deze groepen werden door de Witte Toren hardvochtig ontbonden zodra ze ontdekt werden. Ze kregen strenge openbare straffen om een voorbeeld te stellen. De laatste van deze ontbonden groepen noemde zich de Dochters van de Stilte (794-798 NE). Ze bestond uit twee voormalige Aanvaarden en drieëntwintig door hen geoefende wilders. Allen werden naar Tar Valon gevoerd en gestraft, en de drieëntwintig wilders werden in het Noviceboek ingeschreven. Slechts één verwierf de stola. Zie ook: Kinne.
Doemkrocht – Plaats waar de Duistere gekerkerd is.
Domon, Baile – Illiaanse schipper en smokkelaar. Een gedrongen, breedgeschouderde man, met lange haren en een zwarte ringbaard. Nam op zijn Schuimvlok Rhand en Mart aan boord toen die op de vlucht waren voor Trolloks. Werd zelf ook belaagd, omdat een van de zegels van de kerker van de Duistere in zijn bezit was gekomen. Nadat zijn schip werd opgebracht door de Seanchaanse Egeanin werd dit cuendillarzegel opgenomen in de verzameling van hoogheer Turak, bij wie hij in de gunst kwam. Na Turaks dood belandde hij in Tanchico, waar hij Egeanin weer tegen het lijf liep. Inmiddels is hij zijn schip kwijt en is hij de so’jhin van Egeanin, voor wie hij meer voelt dan gepast is. Zie ook: Egeanin.
Doodswachtgarde – Seanchaans keurkorps van mensen en Ogier. De menselijke gardisten zijn als kind geselecteerd om de keizerin te dienen, wier persoonlijk eigendom ze zijn. Fanatiek trouw en zeer trots op hun status als da’covale, die blijkt uit de raventatoeages op hun schouders. Hun helmen en wapenrustingen zijn diep donkergroen en bloedrood gelakt, hun schilden zijn zwart en hun speren en zwaarden zijn voorzien van zwarte kwasten. Zie ook: Da’covale.
Dorn, Langwin – Rabauw en trouwe koninginneklant uit Caemlin. Met zijn geliefde Breane volgt hij Morgase. Inmiddels in dienst bij Perijn en Faile.
Draak – Bijnaam van Lews Therin Telamon tijdens de Oorlog van de Schaduw, ongeveer drieduizend jaar geleden. Hij was de grootste der Aes Sedai, maar zijn val was diep. In de krankzinnigheid die alle mannelijke Aes Sedai door de smet op saidin beving, doodde Lews Therin al zijn verwanten en vrienden. Zo verwierf hij de naam Verwantslachter. Zijn banier toonde een serpent met schubben van goud en keel, vlammende ogen, manen als van een leeuw en vier poten met elk vijf gouden klauwen. Zie ook: Voorspellingen van de Draak, Valse Draak, Herrezen Draak.
Draakgezworenen – Algemene benaming voor volgelingen van de Herrezen Draak, vaak gebruikt door zijn tegenstanders of degenen die zich neutraal achten. In feite hebben velen die zo aangeduid worden nooit een eed afgelegd, en de term wordt ook gebruikt voor bandieten, waarvan sommigen de naam gebruiken om schrik aan te jagen. Veel gruweldaden zijn gepleegd door mensen die zich Draakgezworenen noemen.
Drakenmuur – Zie: Rug van de Wereld.
Drie Geloften – Drie eden die Aanvaarden met de Eedstaf in de hand afleggen als ze tot Aes Sedai worden verheven: nooit onwaarheid spreken, nooit met de Ene Kracht een dodelijk wapen maken en de Ene Kracht alleen als wapen gebruiken tegen dienaren van de Schaduw of om je leven of dat van een zuster of zwaardhand te verdedigen. De tweede eed werd het eerst ingesteld, als reactie op de Oorlog van Kracht. De eerste eed wordt formeel nagekomen, maar met het verzwijgen van feiten en dubbelzinnige woorden kan hij omzeild worden. Men neemt aan dat de laatste twee eden onschendbaar zijn.
Droomloopster – Aielterm voor een vrouw die Tel’aran’rhiod kan betreden, dromen kan duiden en tot anderen kan spreken in hun dromen.
Aes Sedai gebruiken soms ook deze term voor hun Droomsters.
Droomster – Geleidster die Tel’aran’rhiod kan betreden. Droomsters kunnen dromen verklaren en toekomstige gebeurtenissen specifieker duiden dan Voorspellers. Hoewel Aes Sedai dat anders zien heeft de gave niets met de Ene Kracht te maken, al bestaan er wel ter’angrealen die helpen de Ongeziene Wereld te betreden. De laatste Droomster voor Egwene Alveren was Corianin Nedeal, gestorven in 526 NE. Zie: Alveren.
Duistere – Meestgebruikte aanduiding voor de tegenstander van de Schepper, de bron van het kwaad, die gekerkerd is in Shavol Ghul. Een poging om hem te bevrijden veroorzaakte de Oorlog van de Schaduw, de bezoedeling van saidin, het Breken van de Wereld en het einde van de Eeuw der Legenden.
Duistervriend – Volgeling van de Duistere, die gelooft grote beloningen en macht te gewinnen, zelfs onsterfelijkheid, zodra de Duistere bevrijd zal zijn. Onder elkaar gebruiken ze soms hun oude naam: Vrienden van het Duister.
Dumaisbron – Plek aan de weg van Cairhien naar Tar Valon waar zich bij een kleine rotshoogte drie bronnen bevinden. Hier probeerden Sevanna’s Shaido een overval te plegen op de karavaan van Galina Sedai, die de gevangen Draak naar de Toren voerde. De Shaido en Galina’s Aes Sedai werden verslagen door Asha’man van de Zwarte Toren die Perijns leger te hulp kwamen bij hun desperate poging om Altor te ontzetten. De eerste Aes Sedai zwoeren bij Dumaisbron de Herrezen Draak trouw.
Eadwina – Schuilnaam van Verin in Far Madding. Zij heeft gegronde redenen om verborgen te houden dat zij terug is in haar geboortestad.
Ebo Dar – Oude havenstad aan een baai van de Zee der Stormen, ooit Barashta geheten. Hoofdstad van Altara. Op de ene oever van de Eldar wonen de welgestelden; op de andere ligt de Rahad, een rauwe volkswijk. Beide stadsdelen worden doorsneden door vele kanalen en bruggen. De stad is even legendarisch om zijn tweegevechten als om de zeden van zijn inwoonsters. Deze vrouwen zijn beleefd, maar vechten om mannen en zetten elke belediging betaald met het mes. Inmiddels veroverd door de Seanchanen.
Edarra – Jonge Wijze van de Shiande Aiel. Ze kan geleiden en streed bij Dumaisbron. Door Rhand met Perijn meegestuurd.
Eerste Twaalf – Bij een bijeenkomst van het Zeevolk worden de oudste twaalf aanwezige zeilvrouwes of golfvrouwes aangeduid met deze titel.
Eeuw – Aanduiding van een tijdperk. De juiste duur van een Eeuw is onbekend, maar het is duidelijk dat ze duizenden jaren duren. Zie ook: Rad des Tijds, Patroon van een Eeuw.
Eeuw der Legenden – Eeuw die eindigde door de Oorlog van de Schaduw en het Breken van de Wereld. Tijdperk waarin Aes Sedai dingen deden die men later wonderen achtte.
Efalin – Hoofd van de Far Dareis Mai van de Shaido Aiel.
Elayne – Erfdochter van Andor, zuster van Gawein en halfzuster van Galad. Een van de sterkste geleidsters sinds eeuwen, met een Talent voor het maken van angrealen. Haar verdwijning uit de Witte Toren verstoorde de relatie tussen de Aes Sedai en Andor. Tijdens haar jacht op leden van de Zwarte Ajah, redde ze Birgittes leven door haar als zwaardhand te binden. Ze belandde na de val van Siuan Sanche in Salidar, waar Egwene haar tot Aes Sedai verhief en vervolgens met Nynaeve naar Ebo Dar zond. Namens Egwene heeft ze overeenkomsten gesloten met de Kinne en de Windvindsters van het Zeevolk. Inmiddels is ze met beide groepen aangekomen in Caemlin.
Ene Kracht – Kracht die geput wordt uit de Ware Bron. Weinigen kunnen de Ene Kracht leren geleiden en een nog kleinere groep is deze gave aangeboren. Wie van die laatste groep de Kracht niet leert beheersen, sterft vrijwel altijd een verschrikkelijke dood. Sinds de Tijd van Waanzin wordt elke mannelijke geleider vroeg of laat gek, waarna hij levend wegrot door een afschuwelijke ziekte. De Aes Sedai zoeken meisjes met deze gave, zowel om levens te redden als om hun eigen aantal te vergroten. Ze speuren ook naar mannen met deze gave, om hun krankzinnige daden te voorkomen. Zie ook: Saidar, Saidin, Stillen, Ware Bron, Wilder.
Erfdochter – Titel van de erfgename van de troon van Andor. De oudste dochter van de koningin volgt haar moeder op. Als er geen dochter is, gaat de titel over op het naaste vrouwelijke familielid. Meningsverschillen over het begrip ‘naaste’ hebben diverse malen geleid tot een opvolgingsstrijd.
Faile – Zie: Bashere, Zarine.
Fajin, Padan – Ooit een Duistervriend die als ‘hond van de Duistere’ de Herrezen Draak moest opsporen. Belandde tijdens die jacht in Shadar Logoth. Daar probeerde Mordeth zijn lichaam over te nemen. Het wezen dat uit deze strijd voortkwam is gevaarlijker en machtiger dan Fajin en Mordeth apart waren. Hij is evenzeer een vijand van de Verzakers als van Rhand, die hij intens haat. Hij zette machtigen als Elaida en Nial tegen Rhand op. Zijn poging om hem in de val te lokken door Tweewater te vernietigen werd verijdeld door Perijn. Een door hem bevolen aanslag in Caemlin voedde Rhands achterdocht tegen Aes Sedai. Toen Rhand hem vlak bij Cairhien in het kamp van de rebellen vond, waar hij zich Jeraal Mordeth noemde en raadsman van Toram Riatin was, ontketende Fajin de krachten van Shadar Logoth en viel hij Rhand aan met een vervloekte dolk. Dit leverde Rhand een tweede onheelbare wond op. Mordeth verdween spoorloos na de vernietiging van Torams kamp. Zie ook: Damodred, Caraline.
Far Dareis Mai – Letterlijk: Maagden van de Speer, in de omgang: Speervrouwen. Aielgenootschap dat uitsluitend vrouwen opneemt. Zij mogen slechts huwen als ze het genootschap verlaten, en als ze zwanger zijn mogen ze niet vechten. Een kind dat uit een Speervrouwe geboren is, wordt aan een andere vrouw gegeven, zodat niemand weet wie de moeder is.
Far Madding – Ooit heette deze stad in de Kintaraheuvels Aren Mador, en daarvoor Fel Moreina. Werd tijdens of vlak na het Breken gebouwd en is beschermd tegen geleiders. Desondanks is het de geboorteplaats van twee valse Draken: Raolin Duistervaan en Jurian Steenboog.
Farede-kalender – Inmiddels alom in gebruik. Heeft een week van 10 dagen, een maand van 28 dagen en een jaar van 13 maanden. De maanden zijn: Taisham, Jumara, Saban, Aine, Adar, Saven, Amadaine, Tammaz, Maighdal, Choren, Shaldien, Nesan en Danu. Zie ook: Feestdagen, Jaartellingen.
Farsen, Min (Elmindreda) – Jonge vrouw uit Baerlon die soms rond personen beelden en aura’s ziet die te maken hebben met hun verleden en toekomst. Aes Sedai nemen aan dat zij flitsen van het Patroon ziet. Vanwege haar gave werd ze naar de Toren ontboden, waar ze vriendschap sloot met Egwene, Elayne en Nynaeve. Ze bevrijdde Siuan en Leane en vluchtte met hen en Logain naar Salidar. Met het gezantschap van Salidar reisde ze naar Caemlin om Rhand terug te zien, op wie ze verliefd is. Samen met Rhand werd zij ontvoerd door Aes Sedai uit Tar Valon, en bevrijd tijdens de Slag bij Dumaisbron.
Feestdagen – Er zijn verschillende feestdagen die buiten de maandtelling vallen: Zonnedag (de langste dag van het jaar), het Dankdagfeest (eens in de vier jaar op de lente-equinox), en het Feest van de Verlossing Aller Zielen, ook Allerzielen genoemd (eens in de tien jaar op de herfst-equinox). Hoewel er vele feesten zijn die wijd en zijd gevierd worden (zoals het Lichtfeest, dat het oude jaar beëindigt en het nieuwe begint), kent elk land ook eigen feesten, net als vele dorpen en steden. De Grenslanden hebben de minste festivals en feestdagen, de steden Illian en Ebo Dar de meeste.
Flin, Damer – Oudere Asha’man die gardist was bij de koninginnegarde van Andor. Hinkt vanwege een oude wond in zijn dij. Gaf in de Zwarte Toren les aan rekruten, en heeft een Talent voor Heling. Streed mee in de Slag bij Dumaisbron. Werd tegen Taims zin door Rhand als metgezel gekozen, hielp Illian veroveren en bevocht de Seanchanen.
Freidhen, Alviarin – Aes Sedai van de Witte Ajah, verheven tot Hoedster van de Kronieken. Overste van de Zwarte Ajah, in dienst van Mesaana. Ze heeft Elaida vrijwel geheel in haar macht.
Gai’shain – In de Oude Spraak: Zij die in de strijd vrede gezworen zijn. Aiel die bij een gevecht gevangen worden, zijn volgens ji’e’toh verplicht hun overwinnaar een jaar en een dag nederig te dienen, zonder een wapen aan te raken of geweld te gebruiken. Wijzen, smeden, kinderen onder de tien en zwangere vrouwen kunnen geen gai’shain worden. Volgens zeer oud gebruik kan wie ji’e’toh niet volgt geen gai’shain gemaakt worden. Desondanks zijn de Shaido begonnen Cairhienin en andere gevangenen in gai’shain-gewaden te kleden, en velen menen dat deze mensen niet na een jaar en een dag vrijgelaten hoeven worden omdat ze ji’e’toh niet volgen. Zie ook: Grauwheid.
Gallenne, Bertain – Kapiteinheer en aanvoerder van de Mayeense Vleugelgarde.
Gaul – Steenhond van de Imransibbe van de Shaarad Aiel. Perijn bevrijdde hem in Remen en om die toh te kwijten vergezelde hij Perijn naar Tweewater. Hij is verliefd op Bain die een speciale band heeft met Faile. N’et als haar naastzuster Chiad is Bain een Speervrouw, dus moeilijk te winnen.
Gazal, Toveine – Aes Sedai van de Rode Ajah. Werd vijftien jaar geleden gedwongen afscheid te nemen van de Witte Toren, net als de andere Rode Gezetenen Lirene en Tsutama. Elaida heeft haar teruggehaald en opgedragen om met 50 zusters de Zwarte Toren te vernietigen. Ze werd gevangengenomen en door Logain gebonden.
Gedwyn, Charl – Asha’man van de Zwarte Toren en vertrouweling van Taim. Streed mee bij Dumaisbron. In Altara bleek hij zich Tsorovan’m’hael te noemen, in de oude Spraak: Stormleider. Pleegde in Cairhien met Rochaid, Kisman en Dashiva een aanslag op Rhand. Is sindsdien voortvluchtig.
Geldan – Natie tussen Tweewater en Amadicia. In 998 NE regeerde koning Johanin er vanuit het Jheda-paleis in Jehanna. Na de komst van de Profeet werd hij afgezet en werd het land achtereenvolgens geregeerd door vier verschillende vorsten. De laatste, Alliandre, bleef aan de macht door het optreden van de Profeet te gedogen. In het geheim heeft ze steun gezocht bij Rhand en een eed van trouw afgelegd aan Perijn. Zie ook: Profeet.
Gele Ajah – Aes Sedai-orde die zich wijdt aan de studie van Heling.
Geleiden – Aanwenden van een of meer van de vijf stromen van de Ene Kracht.
Gewichten – De basis van het stelsel is 1 pond. 10 pond = 1 steen, 10 steen = i macht, 10 macht = 1 ton.
Gezetene – Een van de drie afgevaardigden van elke Ajah in de Zaal van de Toren. Gezetenen, Amyrlin en Hoedster bespreken in de Zaal alles wat van belang is voor de Aes Sedai.
Gholam – Schaduwgebroed, eeuwenlang niet meer gezien in de wereld, maar in de Oorlog van de Kracht een onstuitbaar wapen van de Duistere.
Gil, Basel – Voormalige herbergier van De Koninginnezegen in Caemlin. Trouwe koninginneklant en goede vriend van Thom Merrilin. Vergezelde Morgase op haar vlucht uit Andor en later Amadicia. Inmiddels als sambajan in dienst bij Perijn.
Golfvrouwe – Hoofd van een Zeevolkclan. Zij benoemt een wapenmeester en stelt meestal een windvindster aan als raadsvrouwe. Herkenbaar aan een dubbel zonnescherm met gouden franje en de vele munten aan haar neusketting. Zie ook: Zeevolk.
Gradi, Jur – Boer van midden twintig die tegen de zin van zijn vrouw voor de Herrezen Draak wilde vechten. In de Zwarte Toren bleek hij te kunnen geleiden. Hij streed mee bij Dumaisbron en was de eerste die zijn vrouw-bond zoals een Aes Sedai haar zwaardhand. Vergezelt nu Perijn en heeft de rang van Toegewijde.
Grauwheid – Aielterm voor de gesteldheid van veel Aiel na Altors onthulling dat hun voorouders strikt geweldloos leefden tot zij na het Breken gedwongen werden zichzelf te verdedigen. Sommigen gooien hun speren weg en vluchten. Anderen weigeren het wit van de gai’shain af te leggen als de tijd daarvoor gekomen is. Velen ontkennen de waarheid en weigeren de Car’a’carn te volgen; dezen keren terug naar de Woestenij of sluiten zich aan bij de Shaido die zich tegen Altor gekeerd hebben.
Grenslanden – Noordelijke rijken grenzend aan de Verwording: Saldea, Arafel, Kandor en Shienar. Hun geschiedenis is bloedig; er is geen jaar zonder strooptochten, invallen of invasies van Trolloks en Myrddraal.
Grijze Ajah – Aes Sedai-orde gericht op bemiddeling. De leden bevorderen harmonie en overeenstemming.
Groene Ajah – Aes Sedai-orde die zich gereedhoudt voor Tarmon Gai’don. Tijdens de Trollok-oorlogen werd ze ook de Strijdende Ajah genoemd. Groene zusters vinden dat Aes Sedai meerdere zwaardhanden mogen binden. Dit is niet alleen een persoonlijke voorkeur. De vele zwaardhanden van de Groene Ajah betekenden vaak een beslissend overwicht in de strijd.
Grote Heer van het Duister – Naam waarmee Duistervrienden Shai’tan aanduiden, omdat zij het gebruik van zijn ware naam oneerbiedig vinden.
Grote Patroon – Het Rad des Tijds weeft de Patronen der Eeuwen tot het Grote Patroon. Het Grote Patroon omvat het geheel van bestaan en werkelijkheid; verleden, heden en toekomst.
Grote Raad – Hoogste raad van de Zwarte Ajah, die dertien leden telt. Momenteel is Alviarin Freidhen, in naam een Witte zuster, hoofd van de Raad en dus overste van de Zwarte Ajah. Haar voorgangster was Jarna Malari, die zich voordeed als Grijze.
Grote Serpent – Symbool van tijd en eeuwigheid, van vóór de Eeuw der Legenden. Het heeft de vorm van een slang die in zijn eigen staart bijt. Aes Sedai dragen een ring in de vorm van het Grote Serpent.
Grote Verwording – Levensgevaarlijk gebied in het verre noorden, volledig bezoedeld door de nabijheid van de Duistere. Broedplaats van Trolloks, Myrddraal en andere Schaduw-schepsels.
Guldenoog – Bijnaam van Perijn onder de bewoners van Tweewater.
Hailene – In de Oude Spraak: Zij die eerst komen of Voorlopers. Naam van de strijdmacht die de Seanchanen vooruitstuurden om de landen te verkennen waarover Artur Haviksvleugel ooit heerste. Onder leiding van Hoogvrouwe Suroth en aangevuld met rekruten uit de veroverde landen, is de Hailene veel verder gegaan dan de gestelde doelen. Zie ook: Corenne.
Hand – Man of vrouw die aan het hoofd staat van de geheime dienst van een lid van de Seanchaanse keizerlijke familie.
Hanlon, Daved – Duistervriend en voormalig hoofd van de Witte Leeuwen. Diende de Verzaker Rahvin, toen deze als heer Gaebril de stad Caemlin in zijn greep hield. Werd met het restant van de Witte Leeuwen naar Cairhien gezonden om de opstand tegen de Herrezen Draak te versterken. Toen de Witte Leeuwen vernietigd werden bij Mordeths aanval op Rhand, werd Hanlon om nog onbekende redenen teruggehaald naar Caemlin. Noemt zich inmiddels Doilen Mellar.
Harfor, Reene – Huisvrouwe, belast met de huishouding van het paleis van Caemlin.
Harkin, Bera – Andoraanse Groene Aes Sedai die met Kiruna Nachiman door Sheriam als afgezant van Salidar naar Rhand is gestuurd. Zwoer bij Dumaisbron trouw aan de Herrezen Draak. Ze heeft drie zwaardhanden.
Hartsteen – Een onverwoestbaar materiaal uit de Eeuw der Legenden. Alle kracht die wordt uitgeoefend om hartsteen te breken, wordt door de steen opgenomen en maakt die sterker. In de Oude Spraak heet het cuendillar.
Haviksvleugel, Artur – Artur Paendrag Tanreall. Legendarische vorst die van JV 943-994 alle landen ten westen van de Rug van de Wereld en sommige voorbij de Aielwoestenij verenigde. Van de legers die hij in JV 992 over de Arythische Oceaan stuurde, werd na zijn dood niets meer vernomen. Die dood veroorzaakte de Oorlog van de Honderd Jaren. Zijn blazoen toonde een gouden havik in de vlucht.
Hemelvuisten – Licht bewapende Seanchaanse eenheden die door to’raken naar het slagveld worden gevlogen. Doordat to’raken slechts een beperkt gewicht kunnen meevoeren zijn het kleine mannen en vrouwen. Geharde soldaten die voornamelijk worden ingezet bij snelle invallen, verrassingsaanvallen op een achterhoede en in situaties waar snelheid van belang is.
Herimon, Seaine – Lugardse Gezetene voor de Witte Ajah, die Siuan Sanche voorstelde toen de stemmen in de Zaal van de Toren staakten. Na Siuans val is ze in de Toren gebleven, omdat ze vindt dat de Toren heel en ongebroken moet zijn. Elaida heeft haar in het geheim belast met de jacht op de Zwarte Ajah. Ze heeft diverse medestanders gevonden en een methode om Zwarte Zusters te ontmaskeren.
Herrezen Draak – Volgens de Voorspellingen van de Draak de wedergeboren Lews Therin Telamon. Men vreest hem omdat de geschriften voorspellen dat hij de wereld opnieuw zal breken. Velen erkennen Rhand Altor als de Herrezen Draak. Zie ook: Altor, Valse Draak.
Hoedster van de Kronieken – Hoogste Aes Sedai na de Amyrlin Zetel, wier rechterhand en schrijfster zij is. Volgens het gebruik kiest de Amyrlin een Hoedster uit haar eigen Ajah.
Hoge Bloed – Allerhoogste Seanchanen van het Bloed.
Hoge Raad – Hoogste regeringsinstantie van Far Madding. Dienaren en wapenknechten dragen een Gouden Hand op de schouder.
Hoofdschrijver – Degene die in het paleis te Caemlin de boeken en de gelden bijhoudt voor het land. Zie ook: Norrij.
Hoogheer – Hoge Tyreense edelman. Niet te verwarren met een heer van het land, die van lagere stand is. De hoogheren vormen een raad die het land bestuurt in plaats van een koning of koningin. Overigens worden Seanchaanse edelen ook aangeduid als hoogheer en hoogvrouwe.
Hoorn van Valere – Doel van de Grote Jacht. Legendarische hoorn die dode helden oproept tot de strijd. Werd door Moiraines gezelschap gevonden in het Oog van de Wereld. Mart stal hem in Falme, waarna de helden van weleer aan de kant van de Herrezen Draak streden. Onwetend van deze gebeurtenissen heeft men in Illian een nieuwe Jacht op de Hoorn uitgeroepen. In vele landen zijn nu gezworen Jagers op de Hoorn te vinden. Zelfs onder de Aes Sedai weten weinigen dat de Hoorn is gevonden en gebruikt, of dat deze nu in de Witte Toren verborgen is.
Hopwil, Eben – Geleider van nog geen zestien die zich ouder voordoet, omdat hij anders geen dienst had kunnen nemen. Vocht als Toegewijde in de Slag bij Dumaisbron en is inmiddels door Rhand bevorderd tot Asha’man. Wordt veel ingezet als verkenner.
Illian – Grote haven aan de Zee der Stormen, hoofdstad van de gelijknamige natie. Een oeroude vijand van Tyr. De banier van Illian toont negen gouden bijen op een veld van sinopel. Rond hetTammuzplein in het hart van de stad liggen het Paleis van de Koning, de Grote Zaal van de Raad van Negen en het gebouw van de Vergadering. Nadat Rhand Sammael versloeg kroonde de Raad hem tot koning van Illian.
Ishara – Eerste koningin van Andor (circa JV 994-1020). Overtuigde haar man, een van de grootste generaals van zijn tijd, na de dood van Artur Haviksvleugel ervan om het beleg van Tar Valon op te breken en haar naar Caemlin te vergezellen met zoveel soldaten als hij uit het leger kon losweken. Waar degenen faalden die probeerden Haviksvleugels gehele rijk te veroveren, slaagde Ishara door een klein deel ervan in een vaste greep te nemen. Tegenwoordig heeft bijna elk edel Huis in Andor wat van Ishara’s bloed, en het recht om aanspraak te maken op de Leeuwentroon hangt zowel af van een directe afstamming als van het aantal verwantschapslijnen dat nagegaan kan worden.
Jaartellingen – De Tomaanse kalender (ontworpen door Toma dur Ahmid) werd ongeveer twee eeuwen na de dood van de laatste mannelijke Aes Sedai ingevoerd. Deze kalender telde de jaren na het Breken van de Wereld (NB). In de Trollok-oorlogen werden vele archieven vernietigd, zoveel dat er onenigheid ontstond over de juiste data volgens de Tomaanse kalender. Tiam van Gazar stelde toen een nieuwe telling voor die begon bij het einde van de oorlogen, met het eerste Jaar in Vrijheid (JV). De kalender van Artur Haviksvleugel telde de jaren vanaf de stichting van zijn rijk (VB, Vanaf het Begin), maar deze is nu nog slechts bekend bij geschiedkundigen. Na de algemene ontreddering die de Oorlog van de Honderd Jaren bracht, werd de Farede-kalender ingevoerd. Deze begint met het eerste vredejaar na de Oorlog van de Honderd Jaren. De kalender, die de jaren van de Nieuwe Eeuw (NE) meet, wordt nu alom gebruikt.
Jendai-voorspelling – Zie: Coramoor.
Ji’e’toh – In de Oude Spraak: Eer en Verplichting of Eer en Plicht. De ingewikkelde gedragscode die het leven van de Aiel beheerst, en die een boekenplank aan uitleg nodig heeft. Een voorbeeld: er zijn vele manieren om inde strijd eer te winnen. De minste is door te doden, want dat kan iedereen. De eervolste is door een bewapende en levende vijand aan te raken zonder deze te verwonden. Ergens halverwege ligt het gai’shain maken van een vijand. Oneer kent in ji’e’toh ook vele niveaus. Vele daarvan worden als erger beschouwd dan pijn, verwondingen of zelfs de dood. Tevens zijn er vele niveaus van toh (verplichting), maar zelfs de kleinste toh dient volledig voldaan te worden. Toh weegt zo zwaar dat Aiel vaak oneer accepteren om te voldoen aan een verplichting die buitenstaanders onbelangrijk achten.
Kalander – Graanmijt die opgeslagen graan bederft.
Karaethon Reeks – Zie: Voorspellingen van de Draak.
Karede, Furyk — Baniergeneraal van de Doodswachtgarde die de pech had dat hij in de bergen van Altara de voorhoede van het Seanchaanse leger inspecteerde toen Rhand de aanval opende. Gaf uiteindelijk het bevel tot terugtrekken. Zie ook: Doodswachtgarde.
Karistovan, Sumeko – Lid van het Naaikransje van de Kinne, zeer vaardig in Heling.
Kazadi, Tenobia si Bashere – Koningin van Saldea, Schild van het Noorden, Zwaard van de Verwordingsgrens, Hoogzetel van Huis Kazadi, vrouwe van Shahayni, Asnelle, Kunwar en Ganai. Ze is jong en heetgebakerd en neemt geen blad voor haar mond. Haar oom, Davram Bashere, is haar legeraanvoerder, maar sinds hij zich zonder haar toestemming verbond met de Herrezen Draak is hij in ongenade gevallen.
Ketellappers – Eigenlijke naam: Tuatha’an, het Trekkende Volk. Zwervende volgelingen van de Weg van het Blad, een filosofie van volledige geweldloosheid. Tuatha’an die geweld gebruiken, worden Verlorene genoemd en doodverklaard.
Kigarin, Alliandre Maritha – Koningin van Geldan, Gezegende van het Licht, Verdedigster van Garens Muur. Sinds de komst van de Profeet de vierde vorst in het Jhedapaleis, na Johanin, Ellizelle en Teresia. Bleef aan de macht door het optreden van de Profeet te gedogen. Heeft in het geheim steun gezocht bij Rhand en een eed van trouw afgelegd aan Perijn. Inmiddels met Faile gevangengenomen door de Aiel.
Kinderen van het Licht – Militante orde gewijd aan de strijd tegen de Duistere en het uitroeien van Duistervrienden. Gesticht tijdens de Oorlog van de Honderd Jaren. Ze bezitten een zeer rechtlijnig geloof, en de overtuiging dat alleen zij weten wat juist is. Alles wat ze niet begrijpen, ook geleiden, wijten zij aan de Duistere. Aes Sedai en degenen die hen steunen beschouwen zij als Duistervrienden. Zij hadden hun hoofdkwartier in Amador, maar dat is inmiddels veroverd door de Seanchanen. Emon Valda, hun nieuwe kapiteinheer-gebieder, is echter met een groot aantal legioenen naar het noorden getrokken. Zie: Witmantels.
Kinne – Zelfs tijdens de Trollok-oorlogen (ca. 1000-13 50 NB) hield de Toren haar standaard hoog. Wie niet voldeed werd weggezonden. Een groep van deze vrouwen durfde niet naar huis vanwege de oorlogen en vluchtte zover mogelijk van het strijdtoneel naar Barashta, een stad die dichtbij het huidige Ebo Dar lag. Zij noemden zichzelf de Kinne en hielden hun bestaan geheim. Wel boden ze een schuilplaats aan anderen die weggezonden waren. In de loop der tijd kregen ze ook contacten met weglopers, en hoewel de exacte reden onbekend is begonnen ze ook weglopers op te nemen. Ze deden grote moeite om deze meisjes onwetend te houden over de Kinne totdat ze er zeker van waren dat de Aes Sedai hen niet meer zouden terugvinden. Desondanks heeft de Witte Toren altijd van de Kinne geweten. Er werd niets ondernomen omdat de oorlog voorrang had, en uiteindelijk besefte de Toren dat de Kinne beter intact kon blijven. Voordien wisten de meeste wegloopsters – alle ontkenningen ten spijt -te ontsnappen, maar met deze geheime val (alleen volleerde zusters wisten ervan) kon de Toren negen op de tien terughalen. Doordat de Kinsvrouwen vaak verhuisden om hun bestaan en aantal geheim te houden en om te voorkomen dat men opmerkte dat ze veel langzamer verouderden, nam de Toren aan dat ze slechts met weinigen waren. De Kinne heeft geen wetten maar veeleer regels die gebaseerd zijn op de regels voor Novices en Aanvaarden en ook voortkomen uit de noodzaak van geheimhouding. Vanwege hun oorsprong houden ze zeer streng de hand aan die regels. Recente ontmoetingen van Aes Sedai met de Kinne leidden tot schokkende onthullingen. Zo blijken er twee keer zoveel Kinsvrouwen als Aes Sedai te zijn, en zijn sommigen van hen ruim honderd jaar ouder dan de oudste Aes Sedai sinds de Trollok-oorlogen. Zie ook: Dochters van de Stilte, Naaikransje.
Koninginnegarde – Keurtroepen van de koningin van Andor. Garde en leger worden in oorlogstijd aangevoerd door de Eerste Prins van het Zwaard, hoewel de koningin hem vaak vergezelt.
Koppelen – Manier waarop geleidsters hun stromen samenvoegen. De gebundelde stroom is minder sterk dan de som der individuele stromen, maar wordt door degene die de koppeling leidt veel preciezer en met meer effect gericht dan individuele stromen. Hoewel er mannen binnen een cirkel gehaald kunnen worden, kunnen slechts vrouwen er één vormen. Tot 13 vrouwen kunnen koppelen zonder dat er een man aanwezig is. Als 1 man koppelt, kan de cirkel 26 vrouwen bevatten. 2 mannen maken een cirkel van 34 vrouwen mogelijk, enzovoorts, tot de grens van 6 mannen en 66 vrouwen bereikt is. Met uitzondering van cirkels van 1 man en 1 vrouw, 2 mannen en 1 vrouw of 2 mannen en 2 vrouwen, moet er altijd een vrouw meer in de cirkel zijn dan er mannen zijn. Gewoonlijk kan zowel een man als een vrouw leiden, maar een man moet leiden in een cirkel van 72, een van 1 man en 1 vrouw, of een tot 13 met meer dan 1 man. Los van deze uitzonderingen moet een cirkel met het minimum aantal mannen geleid worden door een vrouw. Hoewel mannen over het algemeen sterker zijn in de Kracht, zijn cirkels met vrijwel gelijke aantallen mannen en vrouwen het sterkst.
Larisen, Annoura – Grijze Aes Sedai uit Tarabon, raadsvrouwe van de Eerste van Mayene.
Legioen – Legereenheid van de Witmantels, 2000 man sterk. Legioen van de Draak – Groot leger van voetvolk, allen draakgezworenen. Door Davram Bashere uitgerust met kruisbogen en geoefend, op basis van met Mart Cauton ontwikkelde denkbeelden die sterk afwijken van de gebruikelijke inzet van voetvolk. Velen melden zichzelf aan, maar de meesten worden aangebracht door de wervers van de Zwarte Toren. Zij verzamelen allen in een streek die de Herrezen Draak willen volgen. Pas nadat ze hen door een poort naar Caemlin hebben gebracht testen ze wie kan leren geleiden. Het restant, verreweg het grootste deel, gaat naar Basheres opleidingskampen.
Lengtematen – 10 duim = 3 hand = 1 voet, 3 voet = 1 pas, 2 pas = 1 stap, 1000 stap = 1 span, 4 span = 1 roede.
Liah – Speervrouw met zware littekens op haar gezicht. Lijfwacht van Altor. Ze verdween bij Rhands bezoek aan Shadar Logoth. Toen Rhand terugkeerde, op jacht naar Sammael, werd ze voor zijn ogen gegrepen door Mashadar en gebruikte hij lotsvuur.
Liandrin – Rode Aes Sedai uit Tarabon, met Wilsdwang als Talent. Haar ontvoering van Nynaeve, Egwene en Elayne bewees dat de Zwarte Ajah bestaat. Roofde voordat haar verraad uitkwam twaalf ter’angrealen uit de Toren en vluchtte met twaalf Zwarte zusters naar Tyr. Vertrok vandaar naar Tanchico, achtervolgd door Elayne en Nynaeve. Door Moghedien bij wijze van straf voor haar falen afgeschermd. Inmiddels een da’covale van Suroth.
Librije – Grote geschriftenverzameling in Tar Valon, Cairhien en andere steden.
Lini – Verzorgster van Elayne en daarvoor van haar moeder Morgase. Heeft een grote innerlijke kracht, scherpe ogen en een schat aan spreuken en zegswijzen. Hielp Morgase aan Rahvin ontsnappen en vluchtte met haar naar Amador. Is inmiddels in dienst van Faile, maar werd anders dan Morgase niet met haar gevangengenomen door de Shaido.
Luchtkapitein – Seanchaanse bevelhebber die op een raken of to’raken vliegt. Zie: Hemelvuisten.
Machera, Elyas – Voormalige zwaardhand en wolfsbroeder. De wolven noemen hem Langtand. Hielp Perijn en Egwene tijdens hun reis naar Caemlin en maakte Perijn opmerkzaam op zijn gave. Toen zijn gave zich openbaarde kreeg hij moeilijkheden met Aes Sedai, vooral met de Rode Ajah. Hij zocht Perijn weer op in Geldan en helpt hem de Shaido die Faile gevangen hebben op te sporen.
Macura, Ronde – Handelares in stoffen uit Amadicia. Bedwelmde Nynaeve en Elayne met dolk wortel, dat geleiden onmogelijk maakt. Wilde hen in opdracht van Elaida naar Tar Valon sturen. Toen ze Nynaeve en Elayne liet ontsnappen is ze zwaar gestraft. Heeft zich uit wraak bij de Seanchanen gevoegd.
Mandragoran, al’Lan – Zwaardhand van Moiraine, Dai Shan (krijgsheer) uit de Grenslanden. Ongekroonde koning en enige levende heer van Malkier, dat rond zijn geboorte (953 NE) werd opgeslokt door de Verwording. Begon op zijn zesde een eenmansoorlog tegen de Verwording en de Schaduw, tot hij in 979 NE door Moiraine Damodred ais zwaardhand werd gebonden. Na Moiraines verdwijning vertrok hij spoorslags naar Mijrelle, op wie zijn binding was overgegaan. Sindsdien heeft Mijrelle geprobeerd de doodsdrang te genezen die de dood van een Aes Sedai in haar zwaardhand opwekt. Toen Egwene dit ontdekte, zond ze Lan naar Nynaeve in Ebo Dar. Sinds zijn aankomst heeft Nynaeve veel bereikt, mede door hem te huwen.
Mandragoran, Isam – Zoon van Breyan en Lain Mandragoran, neef van Lan. Toen de Trolloks Malkier binnenvielen, vluchtte Breyan met haar zoon Isam. Ze werden door de Trolloks onderschept, maar wat er van hen is geworden, weet niemand. Vermoedelijk is hij de man die in Tel’aran’rhiod op Nynaeve schoot en de Slachter uit Perijns dromen; hij lijkt immers op Lan en draagt net de leren haarband van de Malkieri. Isam werd genoemd in de Duistere voorspelling op de kerkermuren van Fal Dara, en bij de laatste aanval op Emondsveld brulden de Trolloks zijn naam als strijdkreet. Ordeith heeft het over hem voor zijn vlucht.
Manetheren – Koninkrijk dat enkele eeuwen na het Breken de aanzet gaf voor het Covenant van de Tien Naties. Lag oostelijk van de Mistbergen en zuidelijk van Aridhol. De hoofdstad droeg dezelfde naam. Zowel stad als natie werd tijdens de Trollok-oorlogen volledig verwoest. Men neemt aan dat de bewoners van Tweewater afstammen van het volk van Manetheren. Het teken van Manetheren was een rode adelaar.
Marath’damane – In de Oude Spraak: Zij die beteugeld moeten worden. Seanchaanse term voor vrouwen die kunnen geleiden, maar nog geen a’dam dragen. Zie ook: A’dam, Damane, Seanchan.
Marne, Arymilla – Andoraanse edelvrouwe en Hoogvrouwe van haar Huis, dat tijdens de Opvolging een tegenstander was van Huis Trakand.
Mayene – Stadstaat aan de Zee der Stormen, al eeuwen omklemd en onderdrukt door Tyr. Ontleent haar voorspoed en onafhankelijkheid aan kennis van de trek van de scholen olievis, net als de olijven van Tyr, Illian en Tarabon een bron van lampolie. De heerser van Mayene wordt de Eerste genoemd; men beweert af te stammen van Artur Haviksvleugel.
Maza, Joline – Groene Aes Sedai die Elaida steunde bij de opstand tegen Siuan Sanche. Elaida stuurde haar en Teslyn vanwege hun weerspannigheid als gezant naar Ebo Dar. Haar zwaardhanden zijn Blaeric en Fen.
Meester der Klingen – Vaak de echtgenoot van de Vrouwe der Schepen. Hij is verantwoordelijk voor de verdediging en handel van het Zeevolk. Onder hem staan de wapenmeesters van golfvrouwes en de vrachtmeesters van zeilvrouwes, die soortgelijke taken hebben. Voor elk van hen geldt dat buiten deze gebieden hun autoriteit slechts is gedelegeerd door de vrouwe die hij dient. Waarheen een schip zeilt is geheel en al aan de zeilvrouwe, maar omdat handels- en geldzaken behartigd worden door de vrachtmeester (of, op een hoger niveau, door de wapenmeester of de Meester der Klingen), is een grote mate van samenwerking vereist. Zie: Zeevolk, Zeevolk hiërarchie.
Meesteres der Novices – Aes Sedai die verantwoordelijk is voor de opleiding van Novices en Aanvaarden.
Melaidhrin, Cadsuane – Legendarische Groene Zuster uit Geldan die bijna 300 jaar is (vermoedelijk geboren in 705 NE). Men dacht dat ze was overleden. Draagt haar ijzergrijze haar in een knot die wordt versierd met gouden sieraden in de vorm van maansikkels, sterren en vogels. Heeft tweemaal een verzoek om Gezetene te worden afgewezen en wilde evenmin overste van de Groene Ajah worden. Nadat men geprobeerd had haar Amyrlin te maken vertoonde ze zich tien jaar niet in de Witte Toren. Ongeëvenaard als vanger van mannelijke geleiders, die het stillen gewoonlijk langer overleven dan de gevangenen van andere zusters.
Mellar, Doilin – Zie: Hanlon.
Mera’din – In de Oude Spraak: Broederlozen. De naam van een nieuw krijgsgenootschap bestaande uit Aiel die stam en sibbe hebben verlaten en zich bij de Shaido hebben aangesloten omdat ze Rhand Altor, een natlander, niet als de car’a’carn willen aanvaarden of omdat ze niet geloven wat de car’a’carn over de oorsprong en geschiedenis van de Aiel verkondigt. Omdat het uit stam of sibbe treden onder de Aiel taboe is, weigerden de krijgsgenootschappen van de Shaido deze mannen op te nemen en vormden zij een eigen genootschap.
Merrilin, Thom (Thomdril) – Bijgenaamd de Grijze Vos. Tot hij in ongenade viel, hofbard en minnaar van Morgase. Hij beheerst het Spel der Huizen uitmuntend en is een voortreffelijk speelman. Met Beltije kwam hij naar Emondsveld om op te treden en na de Trollok-aanval voegde hij zich bij Moiraine. In Wittebrug redde hij Mart en Rhand van een Myrddraal. Ze ontmoetten elkaar weer in Cairhien en later kwam hij Mart weer tegen in Tar Valon en trok hij met hem naar Tyr. In opdracht van Moiraine begeleidde hij Elayne en Nynaeve naar Tanchico, waar hij hen bijstond regen de Zwarte Ajah. Met hen belandde hij in Salidar en in Ebo Dar, waar hij nu met Mart verblijft.
M’Hael – In de Oude Spraak: Leider. De titel die Mazrim Taim zichzelf heeft aangemeten.
Mijrelle – Aes Sedai uit Ebo Dar, die naar men zegt het bed deelt met haar zwaardhanden Avar Hachami, Croi Makin en Nuhel Dromand. Hoofd van de Groene Ajah onder Egwene. Zonder Lans toestemming heeft Moiraine gezorgd dat zijn binding bij haar dood op Mijrelle overging. Egwene gebruikte deze misdaad om Mijrelle onder druk te zetten om haar persoonlijk trouw te zweren. Zie ook: Dachen, Mandragoran.
Min – Zie: Farsen.
Mitsobar, Tylin Quintara – Bij de gratie van het Licht koningin van Altara, Meesteres der Vier Winden, Waakster over de Zee der Stormen, Hoogzetel van Huis Mitsobar. Volgde haar vader op, tamelijk uitzonderlijk in Altara. De kans dat haar enige overlevende zoon, Beslan, de Troon der Winden erft, wordt niet zeer groot geacht. Zie ook: Ebo Dar.
Moad — Zwaardmeester van Harine din Togara Tweewinden, de golfvrouwe van het Zeevolk op het schip Wit Schuim.
Morat – In de Oude Spraak: Begeleider. Onder de Seanchanen gebruikt om een begeleider van exotische dieren aan te duiden: lopar, torm, raken, to’raken.
Mordeth, Jeraal – Zie: Fajin.
Moridin – In de Oude Spraak: Dood. Lange, breedgeschouderde jongeman met intens blauwe ogen die zich Nae’blis noemt. Geleidt de levensgevaarlijke en zeer verslavende Ware Kracht, die van de Duistere stamt. Offerde in Shadar Logoth Sammael op om Rhands leven te redden. Moghedien en Cyndane zijn volledig in zijn macht. Zijn kleuren zijn zwart en rood.
Mosalaine, Delana – Gezetene voor de Grijze Ajah onder Egwene, maar in feite van de Zwarte Ajah. Zie ook: Asan ‘gar.
Mosvani, Alanna – Aes Sedai uit Arafel, van de Groene Ajah, bekend om haar driftbuien en gevoel voor humor. Ihvon is haar zwaardhand. Haar tweede zwaardhand, Owein, werd in Tweewater gedood door Witmantels. Begeleidde samen met Verin meisjes uit Tweewater met aanleg voor geleiden naar Caemlin, waar ze zonder zijn toestemming Rhand Altor bond (door veel Aes Sedai beschouwd als een misdaad). Zwoer bij Dumaisbron trouw aan de Herrezen Draak.
Myrddraal – Schaduwgebroed, aanvoerders van Trolloks. Om de beestachtige Trolloks te scheppen werden mensen en dieren gekruist. Myrddraal zijn verwrongen afstammelingen van Trolloks, waarin de menselijke trekken weer zichtbaar worden, hoewel misvormd door het kwaad dat de Trolloks schiep. Ze hebben geen ogen, maar zien toch even scherp als adelaars. Myrddraal hebben bepaalde krachten die van de Duistere stammen, zoals het vermogen verlammende angst op te wekken en zich via schaduwen te verplaatsen. Afgezien van hun vrees voor stromend water hebben ze maar weinig zwakten. Spiegels weerkaatsen hen slechts vaag.
Naaikransje – Leidsters van de Kinne. De naam is gekozen omdat ze onschuldig klinkt. De Kinne heeft nooit geweten hoe de Aes Sedai-rangorde werkt (wat alleen volledige zusters weten) en daarom is hun hiërarchie gebaseerd op leeftijd in plaats van vermogen. Oudere vrouwen staan altijd boven jongere. Het Naaikransje bestaat uit de dertien oudste Kinsvrouwen in Ebo Dar en hun leidster is de Oudste. Volgens de regels moeten ze aftreden wanneer het tijd is om Ebo Dar te verlaten, maar zolang ze er wonen, hebben ze een status die een Amyrlin hen zou benijden. Zie: Kinne.
Naastbroeder, naastzuster – Begrip bij de Aiel. Iemand die je zo na staat dat het een broer of zus zou kunnen zijn. Naastzusters nemen elkaar vaak aan als eerstezusters in een ceremonie voor de Wijzen. Daarna worden ze als een tweeling beschouwd. Naast-broeders doen dit zelden.
Nachiman, Kiruna – Aes Sedai van de Groene Ajah, zuster van Paitar Nachiman, de koning van Arafel. Met Bera Harkin naar Rhand gezonden als gezant van Salidar. Zwoer bij Dumaisbron trouw aan de Herrezen Draak. Ze heeft vier zwaardhanden.
Nae’blis – Degene die onder de Grote Heer van het Duister heerst over de Schaduw. Rang waar alle Verzakers naar streven. Zie: Moridin.
Namelle, Vandene – Aes Sedai van de Groene Ajah. Woonde samen met haar zuster Adeleas in Tifansbron (Arafel), waar ze werkten aan een geschiedenis na het Breken. Beiden trokken naar Salidar en maakten deel uit van de missie naar Ebo Dar. Haar zwaardhand is Jaem. Sinds de moord op Adeleas zoekt ze obsessief naar zusters van de Zwarte Ajah.
Narishma, Jahar – Jonge Asha’man uit Arafel. In aanleg een sterke geleider, maar zijn vermogen is nog niet tot volle wasdom gekomen. Na Dumaisbron benoemde Rhand hem tot lid van zijn gevolg en nam hij deel aan de bevrijding van Illian en de strijd tegen de Seanchanen. Rhand vertrouwde hem de taak toe om Callandor op te halen uit de Steen.
Natlander – Naam waarmee de Aiel buitenstaanders aanduiden.
Neald, Eager – Asha’man met de rang van soldaat. Streed bij Dumaisbron en vergezelt nu Perijn.
Nemdahl, Sarene – Zeer knappe Aes Sedai van de Witte Ajah, lid van het Toren-gezantschap dat Rhand Altor ontvoerde. Bij Dumaisbron gevangengenomen en overgedragen aan de Wijzen. Heeft inmiddels Rhand trouw gezworen.
Norrij, Halwin – Hoofdschrijver van het koninklijk paleis in Caemlin.
Norwelijn, Luan – Edelman uit Caemlin. Zijn Huis steunde Huis Trakand in de Opvolging, waardoor Morgase de troon kon bestijgen. Werd in de tijd van Gaebril door Morgase uit Caemlin verbannen en heeft zich nu tegen Elayne gekeerd.
Novice – Beginnende geleidster die bij de Aes Sedai met saidin leert omgaan. Van oudsher werd een deel van de Novices na vijf tot tien studiejaren Aanvaarde en het duurde even lang voor een deel daarvan Aes Sedai werd. Wie niet voldeed werd weggezonden en alleen jonge geleidsters werden toegelaten. Egwene Alveren meent dat het al eeuwen krimpende aantal Aes Sedai aan deze gebruiken te wijten is. Zij wil alle geleidsters aan de Toren binden: oud of jong, windvindster, wilder of Wijze. Het bericht dat zij heeft doen uitgaan heeft een enorme toeloop van vrouwen veroorzaakt.
Nuli – Schuilnaam van Rhand als hij zich vermomd heeft.
Nurelle, Havien – Officier van de Maveense Vleugelgarde. Volgde Perijn met tweehonderd gardisten om Rhand te bevrijden. Werd vanwege zijn moed in de Slag bij Dumaisbron bevorderd tot rechterhand van Bertain Gallenne. Zijn rang is inmiddels eerste gardeluitenant.
Nyram, Beldeine – Jonge Aes Sedai van de Groene Ajah, slechts drie jaar geleden verheven. Mist nog de Aes Sedai-trekken en een zwaardhand. Lid van het Toren-gezantschap dat Rhand Altor ontvoerde. Bij Dumaisbron gevangengenomen en overgedragen aan de Wijzen. Heeft inmiddels Rhand trouw gezworen.
Ogier – Niet-menselijk ras, herkenbaar aan de grote lengte, de snuit-achtige neus en lange oren met toefjes. Ze verlaten zelden de stedding, hun woongebieden, en onderhouden weinig contact met de mensheid. Velen menen dan ook dat Ogier sprookjes zijn. Hoewel ze bekend staan als vredelievend en zeer moeilijk boos te krijgen, beschrijven oude verhalen hen als onverzettelijke vijanden en vochten ze tijdens de Trollok-oorlogen tegen de Schaduw. Ze hechten grote waarde aan kennis en hun boeken en verhalen gaan vaak over zaken die de wereld vergeten is. Ogier leven zeker drie- tot viermaal zo lang als mensen. Ze zijn zeer vaardig in het bewerken van steen en hout. Veel van hun bouwsels zijn verdwenen, maar de Ogier treuren vooral over de teloorgang van hun wonderschone Gaarden.
Olver – Negenjarige Cairhiense jongen die zijn vader verloor in de strijd tegen de Aiel en zijn moeder tijdens hun vlucht kwijtraakte. In Maerone ontfermde Mart zich over hem. Hij trok mee naar Ebo Dar als Marts schildknaap.
Omkering – Vaardigheid uit de Eeuw der Legenden. Maakt wevingen van de Ene Kracht onzichtbaar voor geleiders.
Oorlog van de Honderd Jaren (JV 994-1117) – Reeks veldslagen tussen voortdurend wisselende bondgenootschappen. Begon na de dood van Artur Haviksvleugel, toen zijn rijk uiteenviel. Nieuwe naties werden gevormd. Grote delen van de wereld raakten ontvolkt, vooral de landen tussen de Arythische Oceaan en de Aielwoestenij, van de Zee der Stormen tot aan de Verwording. De verwoesting was zo volkomen dat er uit die tijd slechts spaarzame gegevens resten.
Oorlog van de Schaduw – Ook: Oorlog van Kracht. Begon na de poging om de Duistere te bevrijden en omvatte spoedig de gehele wereld. Een wereld die zelfs de herinnering aan strijd vergeten was, herontdekte elk facet ervan, vaak verergerd door de invloed van de Duistere. Zelfs de Ene Kracht werd aangewend als wapen. De oorlog eindigde nadat de kerker van de Duistere opnieuw verzegeld werd tijdens een verrassingsaanval van Lews Therin Telamon en zijn Honderd Gezellen. De tegenaanval van de Duistere veroorzaakte de smet op saidin en maakte elke mannelijke geleider krankzinnig. Dit was het einde van de Eeuw der Legenden en het begin van de Tijd van Waanzin.
Orande, Faolain – Aanvaarde die door Egwene in Salidar tot Aes Sedai is verheven en door oudere Aes Sedai niet voor vol wordt aangezien. Liet al in Tar Valon merken dat ze een afkeer heeft van mensen die de regels breken. Heeft inmiddels in het geheim trouw gezworen aan Egwene maar alsof ze Lelaines bescherming gezocht heeft.
Oude Spraak – Taal uit de Eeuw der Legenden. Edelen en geletterden worden geacht ze te beheersen, doch slechts weinigen komen verder dan enkele woorden. Vertalingen zijn vaak moeilijk vanwege de vele subtiele nuances.
Overeenkomst – Verdrag van het Zeevolk met Rhand Altor, waarin de wederzijdse rechten en plichten van de Atha’an Miere en hun Coramoor zijn vastgelegd.
Paendrag, Berelain sur – Eerste van Mayene, Gezegend door het Licht, Verdedigster van de Golven, Hoogzetel van Huis Paeron. Een schone en sterke vrouwe, en een vaardig heerseres. Men zegt dat zij krijgt wat ze begeert, wat het haar ook zal kosten, maar ook dat zij altijd haar woord gestand doet. Samen met Rhuarc bestuurde zij Cairhien tijdens Rhands afwezigheid.
Paendrag, Tuon Athaem Kore – Tweede dochter van de keizerin van Seanchan. Ten tijde van de inval op de Kop van Toman favoriet voor de opvolging. Haar wapen toont twee gouden leeuwen die een antieke strijdwagen trekken.
Pardon – Bekendmaking van Rhand Altor na zijn overwinning op Rahvin in Andor dat in de gebieden die hij beheerst, elke geleider veilig zal zijn.
Parede Zwartvleugel, Zaide din – Golfvrouwe van de Catelarclan en gezant van de Vrouwe der Schepen. Eiste in Caemlin Rhand Altor te spreken.
Patroon van een Eeuw – Vorm van de werkelijkheid in een Eeuw. Het Rad des Tijds verweeft de draden van menselijke levens in het Patroon. Het is ook bekend als Eeuwkant en Eeuwweb. Zie ook: Ta’veren.
Penfel, Elza – Andoraanse Aes Sedai van de Groene Ajah. Lid van het Toren-gezantschap dat Rhand Altor ontvoerde. Bij Dumaisbron gevangengenomen en overgedragen aan de Wijzen. Heeft inmiddels Rhand trouw gezworen, hoewel ze een duistervriend is.
Profeet van de Herrezen Draak – Ooit Masema Dagar, een Shienaraanse krijger. Kreeg in Geldan een openbaring en besloot dat het zijn roeping was om de wedergeboorte van de Herrezen Draak te prediken. Heeft zowel in Geldan als in Noord-Amadicia zeer veel volgelingen. ‘Preekt’ niet alleen met woorden, maar ook met nietsontziend geweld. Gelooft dat niets belangrijker is dan de belijdenis dat de Draak het vleesgeworden Licht is. Zie: Geldan.
Raadsvrouwe, Eerste – Degene die de Hoge Raad van Far Madding leidt. Momenteel Aleis Barsalla.
Rad des Tijds – De Tijd is een Rad met zeven spaken. Iedere spaak beslaat een Eeuw. Terwijl het Rad draait, komen en gaan de Eeuwen. Iedere Eeuw laat herinneringen achter die sagen worden, die vervagen tot mythen, die vergeten zijn wanneer deze Eeuw weerkeert. Het Patroon van een Eeuw is bij de wederkomst van een Eeuw telkens licht veranderd, en bij elke wederkomst zijn die veranderingen groter.
Rahad – Zie: Ebo Dar.
Reizen – Zie: Talenten.
Riatin, Ailil – Cairhiense edelvrouwe wiens broer Toram aanspraak maakt op de troon van Cairhien.
Rode Ajah – Grootste Aes Sedai-orde. Richt al haar inspanningen op het vinden en stillen van mannelijke geleiders. De Roden weigeren een zwaardhand te binden en hebben in het algemeen weinig op met mannen.
Rosoinde, Garenia – Zie: Alkaese, Zarya.
Rug van de Wereld – Steile bergketen met slechts enkele bergpassen, die de Aielwoestenij scheidt van de landen in het westen. Aiel spreken van de Drakenmuur.
Sa’angreaal – Uiterst zeldzaam voorwerp dat iemand meer van de Ene Kracht laat geleiden. Lijkt op een angreaal, maar is veel krachtiger. Er zijn mannelijke en vrouwelijke varianten. Hoe ze gemaakt werden is vergeten; ze zijn nu nog zeldzamer dan angrealen. Zie ook: Angreaal, Ter’angreaal.
Saeldain, Coiren – Grijze Aes Sedai, lid van Elaida’s raad. Leidde het gezantschap dat Rhand in Cairhien ontvoerde en was woordvoerder bij de besprekingen met de Shaido Aiel. Werd bij Dumaisbron gevangengenomen en overgedragen aan de Wijzen.
Saidar – Deel van de Ene Kracht dat geleidsters uit de Ware Bron kunnen putten.
Saidin – Deel van de Ene Kracht dat geleiders uit de Ware Bron kunnen putten. Sinds de Oorlog van de Schaduw besmet door de Duistere, waardoor elke geleider uiteindelijk gek wordt en sterft.
Sambajan – Heeft samen met de satajane de dagelijkse leiding in een burcht in de Grenslanden.
Sammael – In Shadar Logoth verdwenen Verzaker, naar men aanneemt dood. Heerste als heer Brend over Illian. Was een van de beste generaals van de Eeuw der Legenden, vooral verdedigend. Koos uit afgunst tegenover de Draak de kant van de Schaduw. Zie: Verzakers.
Sanche, Siuan – Dochter van een Tyreense visser. Koos de Blauwe Ajah en werd in 988 NE verheven tot Amyrlin. Werd gesust toen Elaida haar afzette. Vluchtte met Leane, Min en Logain naar Salidar, waar ze nog steeds de koers der Aes Sedai probeert te bepalen. Trad na haar Heling opnieuw toe tot de Blauwe Ajah. Omdat haar vermogen verzwakt is, geniet ze veel minder aanzien dan voorheen. Hoopt van Egwene een formidabele Amyrlin te maken. Leidt het netwerk van ogen-en-oren van de Amyrlin.
Sandar, Juilin – Dievenvanger uit Tyr, die door de Zwarte Ajah werd gedwongen om Nynaeve, Elayne en Egwene te verraden. Hielp Mart ondanks zijn grote angst hen uit de Steen van Tyr te bevrijden. Rhand vroeg hem Nynaeve en Elayne te vergezellen en te beschermen in Tanchico. Verloor daar zijn hart aan de Panarch, hoewel hij weinig van edelen moet hebben. Belandde met Thom in Salidar en uiteindelijk in Ebo Dar. Verkeert nu in Marts gezelschap.
Saranov, Halima – Zie: Aran’gar.
Schaduw – Geheime lijfwacht van leden van het Bloed in Seanchan.
School van de Roos – Elayne wil Rhands School in Caemlin omvormen tot een Andoraanse School, gewijd aan de nagedachtenis van Morgase. Haar doel is hetzelfde als dat van Rhand: een opslagplaats van kennis vormen als het tot een tweede Breken mocht komen.
Seanchanen – Afstammelingen van de legers die Artur Haviksvleugel over de Arvthische Oceaan stuurde. Hun keizerrijk, geregeerd vanuit het Hof van de Negen Manen, kent een zeer strikte verdeling in rangen en standen. Elke geleidster wordt er beteugeld en elke geleider gedood. Al eeuwen dromen ze ervan het rijk van Haviksvleugel terug te winnen. Die tijd is inmiddels aangebroken. Zie: Corenne, Damane, Hailene, Sul’dam.
Sei’mosiev – In de Oude Spraak: Neergeslagen Ogen of Afgewende Ogen. Eer hangt in Seanchan samen met iemand recht in de ogen kijken. Iemand die sei’mosiev is, heeft gezicht verloren.
Sei’taer – In de Oude Spraak: Rechte Ogen of Ogen op Gelijke Hoogte. Eer hangt in Seanchan samen met de mogelijkheid iemand recht in de ogen te kijken. Iemand die sei’taer is of heeft, heeft ‘gezicht’ of eer. Sei’taer kan gewonnen of verloren worden.
Selucia – Kamenierster van Tuon, de tweede dochter van de keizerin van Seanchan. Ze heeft een weelderig figuur, goudblond haar en blauwe ogen.
Sevanna – Hoofd van de Shaido Aiel. Weduwe van Suladric, die zijn wens stamhoofd te worden met de dood bekocht. Huwde Suladrics broer Couladin die ze tegen Rhand Altor opzette. Leidt sinds Couladins dood de stam, niet haar enige breuk met oude gebruiken, en wil tot elke prijs de macht behouden. Haar leger werd bij Dumaisbron verslagen maar door Sammaels ingrijpen wist zij met een derde van de stam te ontkomen. Inmiddels heeft zij een hofhouding van gai’shain gemaakte edelen verzameld, waarvan Faile, Morgase en Alliandre deel uitmaken. In het geheim werkt Therava aan haar val.
Shadar Logoth – In de Oude Spraak: De plaats waar de Schaduw waakt of Schaduwwaak. Ooit Aridhol, een bondgenoot van Manetheren. Tijdens de Trollok-oorlogen nam het kwaad van Mashadar de stad over. Sindsdien mijdt men de plaats, ondanks zijn onmetelijke schatten. Voorwerpen uit deze stad binden hun bezitter waarna deze uiteindelijk wordt overgenomen door Mashadar. Mart is maar net ontsnapt aan dit lot. Zie ook: Fajin.
Shaido-oorlog – Cairhiense oorlog (999 NE) die begon met de inval van de Shaido Aiel, aangevoerd door Couladin. Werd beëindigd door de Aiel van Rhand Altor. Cairhienin blijven hem hardnekkig de Tweede Aieloorlog noemen.
Sharif, Leane – Ooit Aes Sedai van de Blauwe Ajah en Hoedster van de Kronieken. Bij Elaida’s opstand afgezet en gesust. Vluchtte met Siuan, Min en Logain naar Salidar, waar zij en Siuan de opstandige Aes Sedai beïnvloedden. Trad na Nynaeves Heling, die haar vermogen gedeeltelijk herstelde, toe tot de Groene Ajah. Geniet door haar geringe vermogen en bizarre gedrag (een wisseling van Ajah is zonder precedent) weinig aanzien. Ze is Egwene volledig trouw, maar doet net of ze een vete met Siuan heeft.
Shayol Ghul – Enorme berg in de Verwoeste Landen, de plaats waar de Duistere gevangen is. Er doen vele geruchten de ronde over deze onheilsplek, maar slechts weinigen beschikken over concrete kennis van de krochten en holen in deze berg. Zie ook: Thakan’dar.
Shefar, Ispan – Taraboonse Aes Sedai van de Zwarte Ajah. Vluchtte met Liandrin uit de Toren naar Tyr, en vervolgens naar Tanchico en Amador. Zocht met Falion Bhoda voor de Verzakers naar voorwerpen van de Kracht. Werd na een gevecht in Ebo Dar door de Kinne gevangengenomen en overgedragen aan Adeleas en Vandene. Tijdens de reis naar Caemlin werden zij en Adeleas vermoord door een nog onbekende Zwarte zuster.
Shen al Calhar – Zie: Bond van de Rode Hand.
Shiaine, Vrouwe – Schuilnaam van een Duistervriend die eigenlijk Mili Skane heet. Ze komt uit Wittebrug en heeft ooit geprobeerd Rhand en Mart te doden. Zweert momenteel samen met Hanlon en diverse Zwarte zusters om Elayne te ontvoeren. Shiego, .Arrela – Cairhiense edelvrouwe die ji’e’toh wil volgen en Faile is gevolgd naar Geldan.
Shielin – Windvindster van Zaide din Parede Zwartvleugel.
Shoran, Darnella – Herbergierster van De Gouden Zwanen van de Hemel in Ebo Dar. Ze wordt zelfs door de inwonende sul’dam gevreesd. Sibbe – Familiegemeenschap binnen een Aielstam. Het begrip familie dient breed geïnterpreteerd te worden.
Sisnera, Darlin – Tyreense hoogheer die met Tedosian en Estanda in opstand kwam tegen de Herrezen Draak en zich met hun legers in de wildernis van Haddon Mir terugtrok. Reisde met een klein gevolg naar de Cairhiense rebellen voor overleg. Bleef om Caraline Damodred het hof te maken en redde Rhands leven. Is sinds de vernietiging van het Cairhiense opstandige kamp te gast in Cairhien. Inmiddels door Rhand benoemd als zijn stedehouder in Tyr. Zie: Damodred, Caraline.
Siswai’aman – In de Oude Spraak: Speren die de Draak behoren. Een groot aantal Aielmannen noemt zich zo, maar geen enkele vrouw. Wie ertoe behoort erkent de naam niet – de andere Aiel overigens evenmin -maar draagt een rode, opgerolde doek op het voorhoofd met een zwart-witte cirkel. Hoewel gai’shain gewoonlijk niets mogen dragen dat wordt gedragen door algai’d’siswai, zijn ook onder hen velen met de hoofddoek.
Sjoefa – Kledingstuk van de Aiel, meestal zand- of rotskleurig. Doek die om hoofd en hals gewikkeld wordt, waardoor alleen het gezicht zichtbaar blijft.
Soe’feia – Waarheidsspreker bij de Seanchanen. Heeft tot taak luidkeels vaak pijnlijke waarheden te verkondigen tegen de hoogste leden van het Bloed waaraan ze zijn toegewezen, liefst in het bijzijn van derden.
So’jhin – De beste benadering van dit woord uit de Oude Spraak is Hoogte in de Laagte, maar sommigen vertalen het als Zowel Berg als Dal en er zijn meer mogelijkheden. Deze aanduiding wordt gebruikt voor de hoogste erfdienaren van het Seanchaanse Bloed. Ze zijn da’covale, maar vervullen betrekkingen met aanzienlijk gezag en vaak grote macht. Zelfs het Bloed maakt ruim baan voor de so’jhin van de keizerlijke familie en behandelt so’jhin van de keizerin als gelijken. Zie ook: Bloed, Da’covale.
Sokawa, Masuri – Aes Sedai van de Bruine Ajah uit Arafel. Heeft trouw gezworen aan Rhand Altor en vergezelt Perijn.
Someryn – Wijze van de Shaido die zich nog uitdagender kleedt dan Sevanna. Was betrokken bij de moord op Desaine, maar probeert net als Therava in het geheim van Sevanna af te komen.
Sorilea – Oudste en meest gerespecteerde Wijze van de Aiel. Ze kan nauwelijks geleiden maar haar wilskracht is onovertroffen.
Speervrouwen – Zie: Far Dareis Mai.
Spel der Huizen – Ook wel het Grote Spel genoemd. Zie ook: Daes Dae’mar.
Stedehouder – Plaatsvervanger van de koning in een bepaalde streek of stad. Endara van Andor droeg deze titel ten tijde van Artur Haviksvleugel. Rhand Altor benoemt heer Dobraine (in Cairhien), Gregorin den Lushenos (in Illian) en hoogheer Darlin (in Tyr) tot stedehouder.
Steen van Tyr – Machtige burcht, naar men zegt kort na het Breken van de Wereld gebouwd met de Ene Kracht. Na tevergeefs talloze malen aangevallen en belegerd te zijn, werd de Steen in een nacht veroverd door de Herrezen Draak en een paar honderd Aiel. Hiermee werden twee voorspellingen uit de Karaethon Reeks vervuld.
Stillen – Daad waarmee een man van de Ware Bron wordt afgesneden. Noodzakelijk geacht omdat elke mannelijke geleider gek wordt door de smet op saidin en gruweldaden met de Kracht pleegt. Een gestilde kan de Ware Bron voelen maar niet meer aanraken. De waanzin verdwijnt niet, maar neemt niet meer toe. Als tijdig wordt ingegrepen, kan de rottings-dood worden afgewend. Gestilden verliezen echter hun levenslust; ook zij die geen zelfmoord plegen, sterven gewoonlijk binnen enkele jaren. Stillen werd tot voor kort als onherstelbaar gezien; inmiddels is ontdekt dat het ongedaan kan worden gemaakt door een specifieke vorm van Heling. Zie: Sussen, Valse Draak.
Sul’dam – Letterlijk: Teugelhoudster. Seanchaanse term voor een vrouw die met een a’dam een geleidster kan beheersen. Onder Seanchanen een eervolle positie. In Seanchan beproeft men of jonge vrouwen deze vaardigheid hebben, of damane zijn. Er worden veel meer sul’dam aangetroffen dan damane. Slechts enkelen weten dat sul’dam vrouwen zijn die kunnen leren geleiden.
Sulin – Pezige, kortaangebonden Aielvrouw met witte haren. Hoofd van de Speervrouwen en van Altors lijfwacht.
Sussen – Daad waarmee dertien Aes Sedai een vrouw van de Ware Bron afsnijden, zodat ze de Ene Kracht nog wel kan voelen maar niet meer kan geleiden. Hoort vooraf te worden gegaan door een proces en een veroordeling. Novices van de Witte Toren kunnen de namen en misdaden van alle gesusten opzeggen. Als een vrouw door een andere oorzaak de Ware Bron niet meer kan aanraken, wordt dat opbranden genoemd. Gesuste vrouwen sterven snel, tenzij ze iets vinden om het gat in hun leven te vullen. Hoewel altijd werd aangenomen dat sussen onherstelbaar is, is onlangs ontdekt dat de Heling voor gestilden ook bij gesusten werkt, hoewel minder goed.
Taborwin, Breane – Ooit een Cairhiense edelvrouwe. Vond als arme vluchtelinge het geluk bij Langwin Dorn, het soort man dat ze vroeger door dienaren uit haar ogen liet slaan. Taborwin, Dobraine – Cairhiense edelman en Hoogzetel van zijn huis. Hij is een ervaren legeraanvoerder die zijn eed van trouw nakomt, zoals hij bij Dumaisbron bewees. Werd na het vertrek van Rhuarc en Berelain door Rhand benoemd tot zijn stedehouder in Cairhien. Taim, Mazrim – Zeer sterke geleider die zich uitgaf voor de Herrezen Draak. Veroorzaakte grote onrust in Saldea tot hij gevangen werd genomen. Ontsnapte en trok vanwege het pardon van de Draak naar Caemlin. Rhand beval hem geleiders te zoeken en te oefenen. Hij is inmiddels de M’Hael van de Asha’man van de Zwarte Toren.
Talenten – Vaardigheden in het gebruik van de Ene Kracht. Deze verschillen sterk van individu tor individu en hebben zelden iets te maken met de hoeveelheid die iemand kan geleiden. Er zijn grote talenten, waarvan de bekendste en meest voorkomende Helen is. Andere voorbeelden zijn Wolkendansen (het beheersen van het weer) en Aardzang, dat te maken heeft met aardbewe-gingen, zoals het veroorzaken of voorkomen van aardbevingen of lawines. Er zijn ook mindere, naamloze Talenten, zoals het herkennen van ta’veren of het herhalen van het kans beïnvloedende effect van ta’veren (maar slechts in een gebied van een paar voet). Vele Talenten zijn nu nog slechts bekend bij een naam of vage omschrijving. Andere, zoals Reizen (verplaatsing zonder tussenliggende ruimte te doorkruisen) zijn herontdekt. Weer andere, zoals Voorspellen (de gave toekomstige gebeurtenissen te voorspellen), zijn zeldzaam. En sommige, zoals Delven (de gave om ertsen in de bodem aan te wijzen en eraan te onttrekken), zijn al zo lang verloren dat ze inmiddels gebruikt worden om een ander Talent aan te duiden. Het vermogen om met de Ene Kracht iemands gezondheidstoestand vast te stellen wordt nu ook Delven genoemd.
Tallanvor, Martyn – Voormalig luitenant van de koninginnegarde van Andor. Vergezelt Morgase sinds haar vlucht uit Andor en houdt meer van haar dan van zijn leven of eer. Inmiddels met Morgase in dienst getreden van Perijn en Faile.
Tamarath, Egeanin – Seanchaanse scheepskapitein die de Schuimvlok van Baile Domon opbracht. Zij vond het cuendillarzegel in Domons geheime bergplaats en bood dat hoogheer Turak aan. Later dook ze op in Tanchico, waar ze gevluchte sul’dams en damane moest opsporen. Na haar ontdekking dat sul’dam kunnen geleiden wekte ze de achterdochtvan een Zoeker. Als dank voor de hulp van Elayne en Nynaeve beloofde ze de mannelijke a’dam in de Arythische Oceaan te gooien. Op zee werden ze echter onderschept door de vloot van hoogvrouwe Suroth, aan wie ze de ter’angreaal overdroeg. Hiervoor werd ze verheven tot het Bloed en Kapitein van het Groen gemaakt. Domon is inmiddels haar so’jhin. Zie: Zeami, Bethamin.
Tar Valon – Stad op een eiland in de Erinin, dichtbij de Drakenberg. Eerste stad die na het Breken door de Ogier werd gebouwd. Sindsdien hoofdkwartier van de Aes Sedai. De Amyrlin Zetel heerst er in de Witte Toren, waarin ook de opleiding der Aes Sedai plaatsvindt. De stad wordt bestuurd door een raad van Aes Sedai, benoemd door de Zaal van de Toren.
Taravin, Dyelin – Nicht van koningin Morgase van Andor en Hoogzetel van haar Huis. Heeft de beste aanspraken op de Leeuwentroon als Elayne zou sterven.
Tarmon Gai’don – Laatste Slag tegen de Duistere, aangekondigd in de Voorspellingen van de Draak.
Tarsin, Idrien – Hoofd van de School die door Rhand in Cairhien is gesticht om kennis te bewaren voor het geval de wereld een tweede Breken ondergaat. Ze is de bedenkster van een kruisboog die pijlen over grote afstand kan afschieten. Rhand wil dat Tyr en Caemlin soortgelijke Scholen herbergen.
Ta’veren – Persoon om wie het Rad des Tijds de levenslijnen weeft van alle mensen om hen heen, misschien wel alle levenslijnen, om een lotsweb te vormen. Amper begrepen verschijnsel dat beslist een verstoring van de kans op toevallige gebeurtenissen is: wat kan gebeuren, hoe ongebruikelijk ook, gebeurt. Het effect is soms zeer plaatsgebonden. Mensen die beïnvloed worden door een ta’veren zeggen of doen dingen die zij in vergelijkbare omstandigheden slechts een op de duizend maal zouden doen. Of een kind dat van een honderd voet hoge toren valt, staat zonder verwondingen weer op. Soms lijkt het effect de geschiedenis zelf te beïnvloeden, meestal door lokale effecten. Men neemt aan dat dit de ware reden is dat ta’veren geboren wordt: om de geschiedenis bij te sturen en het evenwicht in de wenteling van het Rad te herstellen.
Tel’aran’rhiod – In de Oude Spraak: Ongeziene Wereld of Wereld der Dromen. Wereld waarvan men in dromen glimpen opvangt. Volgens oude geschriften omvat en doordringt de Dromenwereld alle mogelijke werelden. Slechts weinigen kunnen er bewust binnengaan, hoewel recentelijk ter’angrealen zijn ontdekt die hierbij helpen. In tegenstelling tot gewone dromen is alles wat iemand in Tel’aran’rhiod overkomt, echt: daar opgelopen verwondingen heeft men na het ontwaken nog, en wie daar sterft, wordt niet meer wakker. Zie: Droomster, Droomloopster.
Telamon, Lews Thelamon – Zie: Draak.
Ter’angreaal – Overblijfsel uit de Eeuw der Legenden dat de Ene Kracht aanwendt voor een specifiek doel. Sommige ter’angrealen worden gebruikt door Aes Sedai, maar het oorspronkelijke doel van vele is onbekend. Voor sommige is geleiding nodig, andere kunnen door iedereen worden gebruikt. Er zijn ter’angrealen die een geleidster doden of haar gave vernietigen. Hoe ze gemaakt worden is vergeten sinds het Breken van de Wereld. Zie: Angreaal, Sa’angreaal.
Terugkeer – Zie: Corenne.
Thakan’dar – In een dichte nevel gehulde vallei bij Shayol Ghul, waar zich de wapensmidsen van de Duistere bevinden. Zie ook: Shayol Ghul.
Therava – Wijze van de Shaido Aiel, betrokken bij de moord op Desaine die Sevanna’s positie versterkte. Onderneemt in het geheim pogingen om Sevanna’s macht te breken.
Tijd van Waanzin – Periode nadat de tegenaanval van de Duistere een smet bracht over de mannelijke helft van de Ware Bron. De mannelijke Aes Sedai werden krankzinnig en braken de wereld. Men neemt aan dat het bijna honderd jaar duurde voordat de laatste geleider stierf. Zie: Saidin, Stillen.
Togara Tweewinden, Harine – Golfvrouwe van de Shodein-clan en afgezant van de Vrouwe der Schepen. Heeft namens het Zeevolk Rhand Altor erkend als Coramoor en met hem de Overeenkomst gesloten.
Togara Vroegtij, Shalon din – Windvindster van de Shodein-clan op Wit Schuim en oudere zuster van Harine.
Togita, Easar – Koning van Shienar en Hoogzetel van Huis Togita. Zijn blazoen toont een wit hart. Naar Shienaraans gebruik is dit ook het wapen van het land, naast dat van de zwarte havik.
Toh – Zie: Ji’e’toh.
Tomares, Sareitha – Jonge Aes Sedai van de Bruine Ajah, afkomstig uit Tyr. Was twee jaar geleden nog Aanvaarde en beschikt nog niet over de kenmerkende Aes Sedai-trekken. Haar zwaardhand Yarman is amper een jaar gebonden.
Trahelion, Birgitte – Vrouwelijke zwaardhand, naar men aanneemt de eerste ooit. In feite de legendarische boogschutter die wordt opgeroepen door de Hoorn van Valere, maar toen Moghedien haar uit Tel’aran’rhiod wierp, overleefde ze dit slechts doordat Elayne haar als zwaardhand bond. Afgezien van haar schoonheid en vaardigheid met de boog heeft ze weinig gemeen met de verhalen. In Caemlin heeft Elayne haar hoofd van de koninginnegarde gemaakt en haar het landgoed Trahelion geschonken, waardoor ze nu een edelvrouwe is.
Traighan, Seonid – Cairhiense Aes Sedai van de Groene Ajah. Hoorde bij het gezantschap van Salidar en heeft Rhand trouw gezworen. Door hem met Perijn naar Geldan gestuurd.
Trakand, Elayne – Dochter van koningin Morgase, zuster van Gawein en Galad. Hoogzetel van Huis Trakand en erfdochter van Andor. Haar blazoen toont een gouden lelie. Ontmoette Rhand toen die tijdens de intocht van de valse Draak Logain in de paleistuin belandde. Werd als geleidster opgeleid in de Witte Toren, totdat ze door Liandrin met Egwene en Nynaeve ontvoerd werd. Redde Egwene uit handen van de Seanchanen. Met Egwene en Nynaeve door Siuan Sanche achter de Zwarte Ajah aan gestuurd. Achtervolgde hen met Nynaeve van Tyr naar Tanchico en wist hun plannen te dwarsbomen. Reisde daarna naar Salidar, waar Egwene hen tot Aes Sedai verhief. Blijkt een Talent te hebben voor het maken van ter’angrealen en doet met Nynaeve ontdekkingen die in feite onthullingen zijn van hun gevangene Moghedien. Werd na een voorspellende droom door Egwene naar Ebo Dar gestuurd om de Schaal der Winden te zoeken. Sloot met Nynaeve namens Egwene overeenkomsten met de windvindsters van het Zeevolk en met de Kinne. Ontvluchtte nadat de Schaal gebruikt was met een grote groep geleidsters Ebo Dar. Omdat Egwene hun niet toestaat zich bij haar te voegen trekt ze naar Caemlin, waar ze zich opmaakt om de troon op te eisen.
Trakand, Gawein – Halfbroer van Galad, broer van Elayne. Zou Eerste Prins van het Zwaard worden als Elayne de troon besteeg. Kwam als haar beschermer en leerling in de zwaardkunst naar Tar Valon. De val van Siuan Sanche was zijn meesterproeve als zwaardmeester en aanvoerder. De strijders die zich achter hem schaarden om Siuan af te zetten, noemen zich sindsdien de Jongelingen. Veracht Aes Sedai maar heeft gezworen hen te dienen en haat Rhand Altor maar zwoer hem geen kwaad te doen, omdat hij Egwene Alveren meer dan wat ook liefheeft. Weet niet dat Egwene inmiddels het verzet leidt tegen de Amyrlin die hij dient.
Trakand, Morgase – Voormalige koningin van Andor. Moeder van Elayne en Gawein, pleegmoeder van Ga-Iad Damodred. Ontvluchtte Caemlin toen Rahvin de macht had overgenomen. Was in Amador de gevangene van de Witmantels, tot de Seanchanen de stad innamen. Heeft voor haar vlucht uit Amador afstand gedaan van de troon, ten gunste van Elayne. Dient inmiddels vrouwe Faile en is samen met haar gevangengenomen door de Shaido.
Trollok – Schaduwgebroed, geschapen tijdens de Oorlog van de Schaduw. Verwrongen vermenging van mensen en dieren, die puur uit plezier doodt. Sluw, bedrieglijk en verraderlijk, kan alleen vertrouwd worden door degenen die het vreest.
Trollok-oorlogen – Reeks oorlogen die rond iooo NB begon en ruim driehonderd jaar duurde. Trollok-legers trokken plunderend, moordend en verwoestend rond. Uiteindelijk werden ze verslagen en teruggedreven naar de Verwoeste Landen. Verschillende naties bestonden toen echter niet meer en andere waren vrijwel ontvolkt. Alle annalen uit die tijd zijn incompleet.
Troon – Seanchaanse munteenheid.
Turak – Seanchaanse hoogheer van Huis Aladon, die de Hailene leidde en een grote collectie cuendillar bezat. Hoewel een zwaardmeester, sneuvelde hij in Falme tijdens een tweegevecht met Rhand. De enige Seanchaanse getuigen, zijn so’jhin, pleegden vervolgens zelfmoord.
Tweewater – Afgelegen gewest van Andor waarin Emondsveld ligt, het dorp waar Egwene, Mart, Nynaeve, Perijn en Rhand opgroeiden. Bewoond door koppige lieden die ‘ezels doen opzitten en stenen leren’, zoals een gezegde luidt. Het gebied voert wol, tobak en appelbrandewijn uit. Recentelijk het toneel van invallen van Schaduwgebroed en Witmantels. Deze zijn onder aanvoering van Perijn verjaagd. Sindsdien willen de inwoners hem als hun leenheer en voeren zij de oude banier van Manetheren. Uit de omliggende gebieden is er een grote toestroom van vluchtelingen die nieuwe gebruiken introduceren. Zie ook: Manetheren.
Tyr – Natie aan de Zee der Stormen, de eerste die door Rhand veroverd werd. Ook: de hoofdstad ervan, een grote haven. Zie ook: Steen van Tyr.
Uitverkorenen – Naam waarmee de Verzakers zichzelf aanduiden. Zie ook: Verzakers.
Valda, Eamon – Kapiteinheer-gebieder van de Kinderen van het Licht, opvolger van Pedron Nial. Acht het afbranden van een schuur de beste manier om ratten te verjagen. Beschouwt zichzelf als een praktisch man die elk voordeel benut dat op zijn weg komt. Naar zijn overtuiging is Rhand Altor slechts een speelpop van de Witte Toren die waarschijnlijk niet eens kan geleiden. Zijn haat jegens Duistervrienden (waartoe hij ook Aes Sedai rekent) is het middelpunt van zijn leven.
Valse Draak – Van tijd tot tijd beweren mannen de Herrezen Draak te zijn. Sommigen kregen zoveel volgelingen dat er oorlogen uitbraken die vele landen troffen. Enkelen konden geleiden, de meesten niet. Allen zijn gevangengezet, gestild of gedood zonder dat de Voorspellingen van de Draak uitkwamen. Van alle valse Draken waren Raolin Duistervaan (actief 335-336 NB), Jurian Steenboog (ca. 1300-1308 NB), Davian (JV 351), Guaire Amalasan (JV 939-943), Logain (997 NE) en Mazrim Taim (998 NE) de sterksten.
Vanin, Chel – Gezette man met een schel men verleden. Geboren ruiter en paardendief, en hoofd van Marts verkenners. Vergezelde Mart naar Ebo Dar.
Versluiering – Manier waarop een Aes Sedai de binding met haar zwaardhand kan verhullen, zodat hij haar niet kan vinden en haar gevoelens niet meer deelt.
Verwording, (Grote) – Gebied ten noorden van de Grenslanden en ten oosten van de Gestorven Zee. Volledig bezoedeld door de nabijheid van de Duistere en bezaaid met giftige, rottende, woekerende planten en verscheurende monsters. Hier leven de Trolloks en de Myrddraal.
Verzakers – Naam die gegeven werd aan dertien van de machtigste Aes Sedai die tijdens de Eeuw der Legenden overliepen naar de Schaduw en samen met de Duistere werden opgesloten toen de Bres in zijn kerker verzegeld werd. Lang werd aangenomen dat zij de enigen waren die tijdens de Oorlog van de Schaduw het Licht verloochenden, maar in feite waren er nog anderen; dit waren hun hoogste leiders. Er zijn nu wat minder Verzakers (die zichzelf Uitverkorenen noemen) dan toen zij ontwaakten. De overlevenden zijn Demandred, Semirhage, Graendal, Mesaana, Moghedien, en twee die wedergeboren werden in nieuwe lichamen en nieuwe namen dragen: Osan’gar en Aran’gar. Recentelijk is er een man opgedoken die zich Moridin noemt; ook hij zou een dode Verzaker kunnen zijn die door de Duistere is teruggebracht uit het graf. Hetzelfde geldt voor de vrouw die zichzelf Cyndane noemt, maar omdat Aran’gar een man was die werd wedergeboren als een vrouw, blijft de identiteit van Moridin en Cyndane voorlopig giswerk.
Vijf Krachten – Binnen de Ene Kracht bestaan vijf stromen die genoemd zijn naar wat men ermee kan beïnvloeden: Aarde, Lucht (soms Wind genoemd), Vuur, Water en Geest. Wie de Kracht kan geleiden zal in een of twee stromen het sterkst zijn. Het komt zelden voor dat iemand in drie stromen sterk is. Aarde en Vuur worden gezien als mannelijke Krachten, Lucht en Water als vrouwelijke.
Vleugelgarde – Staand leger van Mayene.
Voorlopers – Zie: Hailene. Voorspellen – Zie: Talenten.
Voorspellingen van de Draak – Ook: Karaethon Reeks. Weinig bekend en zelden genoemd. Stellen onder andere dat de Duistere bevrijd zal worden en dat de Draak zal herrijzen om Tarmon Gai’don te strijden. De Draak zal de wereld redden en opnieuw breken.
Vredesband – In Far Madding worden gevest en schede van een zwaard door een web van fijn draad met elkaar verbonden, zodat men geen zwaard kan trekken.
Waarheidsspreker – Iemand die door de Seanchaanse keizerin wordt benoemd. Een Waarheidsspreker heeft een hogere rang dan een Zoeker.
Wapenknechten – Krijgslieden die trouw hebben gezworen aan een bepaalde heer of vrouwe.
Ware Bron – Drijvende kracht van het Al, die het Rad des Tijds doet draaien. Bestaat uiteen mannelijk (saidin) en een vrouwelijk deel (saidar). De twee delen werken tegelijkertijd samen en tegengesteld. Een man kan slechts saidin putten, een vrouw alleen saidar. Saidin is al meer dan drieduizend jaar bezoedeld door de Duistere. Zie: Ene Kracht.
Ware Kracht – Term van de Verzakers. Lijkt op de Ene Kracht, maar is afkomstig van de Duistere. Nog verslavender en gevaarlijker dan de Ene Kracht. Langdurig gebruik veroorzaakt een door het oog drijvende zwarte vlek (saa) en is op den duur dodelijk.
Weving – Term voor het gebruik van saidin of saidar; stromen van de Kracht worden verweven.
Wijze – Aielvrouwen die zijn gekozen door andere Wijzen en zijn opgeleid in helen, kruidenkennis en andere zaken. Ze hebben groot gezag en veel invloed op de sibbe- en stamhoofden, hoewel die hun vaak bemoeizucht verwijten. Vele Wijzen kunnen geleiden; ze vinden elke Aielvrouw die de gave is aangeboren, en de meesten die het kunnen leren. Onder de Aiel was het taboe om uit te spreken dat Wijzen kunnen geleiden en Wijzen vermeden elk contact met Aes Sedai, in nog sterkere mate dan andere Aiel. Wijzen stonden buiten veten en gevechten, maar dit eeuwenoude gebruik is inmiddels gebroken. Wat dit inhoudt voor de bescherming die zij volgens ji’e’toh genieten is nog niet duidelijk.
Wijzevrouw – Eretitel van de befaamde genezeressen van Ebo Dar, herkenbaar aan hun rode riem. Hun gave om ziekten en verwondingen te genezen is tot in de Grenslanden bekend. Hoewel is opgemerkt dat vele Wijzevrouwen niet uit Altara kwamen, wist vrijwel niemand dat alle Wijzevrouwen in feite Kinsvrouwen zijn en dat hun kruiden en smeersels verhullen dat ze Heling toepassen. Toen de Kinne Ebo Dar ontvluchtte, tijdens de Seanchaanse invasie, bleef er geen Wijzevrouw achter in de stad.
Wilder – Vrouw die geheel zelfstandig heeft leren geleiden; slechts een op de vier overleeft dit. Gewoonlijk hebben deze vrouwen onbewuste blokkeringen en ontkennen ze hun gave. Als zo’n blokkering doorbroken kan worden, behoren ze tot de sterkste geleidsters. Aes Sedai gebruiken de term vaak minachtend.
Windvindster – Elk schip van het Zeevolk, hoe klein ook, heeft een windvindster, een vrouw die bijna altijd kan geleiden en die vaardig is in het Weven van de Winden, zoals de Atha’an Miere de beheersing van het weer noemen. Zie: Zeevolk, Zeevolk hiërarchie.
Witmantels – Bijnaam van de Kinderen van het Licht.
Witte Ajah – Aes Sedai-orde die zich grotendeels afkeert van de wereld en die de waarde van wereldse kennis betwijfelt. Gewijd aan filosofische kwesties.
Witte Toren – Hart van de macht der Aes Sedai, gelegen in het midden van de grote eilandstad Tar Valon.
Yuril – Schrijver van Tuon en tevens haar Hand. Hij heeft het bevel over haar Zoekers. Zie: Hand.
Zaal van de Raadsleden – Vergaderzaal van de Hoge Raad in Far Madding.
Zaal van de Toren – Wetgevend lichaam van de Aes Sedai, van oudsher bestaande uit drie Gezetenen voor elk van de zeven Ajahs. Momenteel zijn er twee Zalen, een in Tar Valon zonder Blauwe Gezetenen, en een van de opstandelingen, zonder Rode. Hoewel volgens de wet de Amyrlin Zetel de macht der Aes Sedai belichaamt, wordt haar macht in feite bepaald door haar vermogen om de Zaal te leiden, te sturen of bang te maken. De Zaal kan de plannen van een Amyrlin op vele manieren frustreren. Er zijn twee manieren waarop de Zaal voorstellen aanneemt: bij mindere en meerdere overeenstemming. Voor dat laatste dient elke aanwezige Gezetene te gaan staan; de aanwezigheid van minstens elf Gezetenen en een van elke Ajah is vereist. Hierop is een uitzondering: als wordt gestemd over het afzetten van een Amyrlin of Hoedster. Dan wordt de Ajah van waaruit zij verheven werd achteraf ingelicht. Ook de mindere overeenstemming vereist elf Gezetenen, maar slechts twee derde van hen hoeft op te staan. Bovendien moeten niet alle Ajahs vertegenwoordigd zijn, tenzij de Witte Toren de oorlog verklaart, een van de zaken waarvan velen aannemen dat meerdere overeenstemming nodig is. De Amyrlin mag Gezetenen opdragen hun zetels op te geven en aan deze oproep dient gevolg gegeven te worden. Dit komt zelden voor, want niets verhindert een Ajah om dezelfde Gezetene te kiezen, behalve het gebruik dat zusters niet meer in de Zaal dienen nadat ze die verlaten hebben. Men neemt aan dat zo’n oproep aan alle Gezetenen in de hele geschiedenis van de Toren slechts viermaal is voorgekomen. Tweemaal resulteerde dit in een vrijwel geheel nieuwe Zaal, de andere keren leidden tot ontslag en verbanning van de betrokken Amyrlin.
Zeami, Bethamin – Sul’dam die uit Falme is weggevlucht en door Egeanin in Tanchico gevonden en beteugeld werd. Egeanin liet haar weer vrij, en zweeg over het voorval. In Ebo Dar werd Bethamin weer der’sul’dam gemaakt.
Zeevolk – Ook: Atha’an Miere. Ze brengen vrijwel hun hele leven door op schepen en verlaten de zee slechts met tegenzin. Omdat er weinig over hen bekend is, worden ze als exotisch en mysterieus gezien en doen er vele sterke verhalen over hen de ronde. De meeste zeevracht wordt vervoerd door hun schepen, waaronder de snelste en grootste ter wereld. Inwoners van havensteden beschouwen hen als geslepenere onderhandelaars dan de beruchte Domani. Omdat overleven op zee vaak onmiddellijke gehoorzaamheid vraagt, hebben de Atha’an Miere een strikte hiërarchie, hoewel ze op sommige punten verbazend makkelijk zijn.
Zeevolk hiërarchie – De Vrouwe der Schepen leidt het Zeevolk. Zij wordt bijgestaan door de Windvindster van de Vrouwe der Schepen en door de Meester der Klingen. Onder haar staan de golfvrouwes van de talloze clans, zowel grote als kleine, die worden bijgestaan door hun windvindster en wapenmeester. Onder hen staan zeilvrouwes, de schippers van de clan, die elk worden bijgestaan door hun windvindster en vrachtmeester. De Windvindster van de Vrouwe der Schepen beveelt alle windvindsters van golfvrouwes, die op hun beurt alle windvindsters van hun clan bevelen. Rangen zijn niet erfelijk onder het Zeevolk. Golfvrouwes hebben veel macht, maar worden gekozen door de oudste zeilvrouwes, de Eerste Twaalf van hun clan. Ze kunnen uit hun ambt worden gezet door de Vrouwe der Schepen. Deze laatste heeft een invloed die een vorst haar zou benijden, maar ook zij wordt gekozen, voor het leven, door een unanieme stemming onder de Eerste Twaalf van het Zeevolk. Een eigenaardigheid van de Atha’an Miere is dat iedereen begint op de laagste plaats en zich moet opwerken. Behalve de Vrouwe der Schepen kan iedereen worden teruggezet door hoger geplaatsten, zelfs tot de laagste plaats, voor machtsmisbruik, lafheid en andere misdaden. Ook zal de Windvindster van de Vrouwe der Schepen na de dood van haar meesteres een lager geplaatste vrouw moeten dienen, en dus ook zelf lager in rang worden. Zie ook: Windvindster.
Zielblinder – Een van de namen waarmee de Seanchanen de Duistere aanduiden.
Zwaardhand – Krijgsman, met de Ene Kracht gebonden aan een Aes Sedai. Door de binding krijgt de zwaardhand het vermogen om snel te genezen en lang zonder voedsel, water of rust te kunnen. Ook kan hij op afstand de smet van de Duistere bespeuren. De binding maakt ook dat Aes Sedai en zwaardhand elkaars gevoelens en lichamelijke staat aanvoelen. De Aes Sedai weet dat haar zwaardhand leeft, hoe ver hij ook weg is, en wanneer hij sterft, zal ze het moment en de wijze van zijn dood weten. Volgens de meeste Ajahs mag een Aes Sedai één zwaardhand binden, maar de Rode weigert het te doen, terwijl Groenen zoveel zwaardhanden binden als ze willen. Tegenwoordig vinden Aes Sedai dat niemand onvrijwillig gebonden mag worden, maar dit is in het verleden wel gebeurd. Wat Aes Sedai bij de binding winnen, is een zorgvuldig bewaard geheim. Tot voor kort waren er alleen mannelijke zwaardhanden, maar sinds kort is er een binding tussen een Aes Sedai en een vrouw. De uitwerking van deze binding verschilt enigszins van die met een man.